STANFORD – Voor veel van de economieën, financiële markten, regeringshoofden en voorgenomen klimaatmaatregelen is 2018 niet goed afgelopen. De littekens van de mondiale financiële crisis en de Grote Recessie, in combinatie met structurele economische, technologische, culturele en demografische trends, hebben ertoe geleid dat grote delen van de bevolking in veel landen zich politiek veronachtzaamd, cultureel geminacht en/of economisch gewond voelen. En de manier waarop zij uitdrukking geven aan hun grieven – in de stemlokalen, op het internet en op straat – heeft hun leiders diepgaand verzwakt.
In Duitsland is bondskanselier Angela Merkel, die aan haar vierde termijn bezig is, lange tijd opgetreden als de de facto-leider van Europa. Toen kwam haar noodlottige besluit uit 2015 om ruim een miljoen vluchtelingen in Duitsland te verwelkomen. De reactie daarop – aangewakkerd door de frustraties over de extra druk op de publieke diensten, de staatsfinanciën en de politie, om maar te zwijgen van de politieke angstzaaierij – heeft Merkel dermate verwond dat zij deze maand niet meer herkozen wilde worden als leider van haar partij en zich dus ook niet opnieuw kandidaat zal stellen als bondskanselier nadat haar huidige termijn in 2021 is verstreken.
Het sentiment tegen immigranten beperkt zich niet alleen tot Duitsland. Van Italië tot Polen heeft dit sentiment populistische politieke partijen aan de macht geholpen. Hongarije heeft prikkeldraad opgetrokken om vluchtelingen buiten de deur te houden. Denemarken heeft de bezittingen van immigranten geconfiskeerd en staat op het punt om honderden “ongewenste” asielzoekers naar een afgelegen, onbewoond eiland te sturen dat ooit werd gebruikt voor het onderzoek van dode dieren.
Het verzet tegen het immigratiebeleid en, in bredere zin, de angst over het afstaan van soevereiniteit aan de EU heeft de afgelopen jaren ook geholpen een andere belangrijke ontwikkeling aan te zwengelen: het Brexit-referendum uit 2016 in het Verenigd Koninkrijk. Nadat de toenmalige minister-president David Cameron had beloofd een volksstemming te organiseren over een vertrek uit de EU – een truc om zijn overwinningsmarge van de verkiezingen van 2015 te maximaliseren – bleek hij niet in staat genoeg flexibiliteit bij de leiders van de EU te verkrijgen, onder meer op het gebied van de controle op immigratie, om een meerderheid van de kiezers ertoe te overreden deel te blijven uitmaken van het blok.
In 2018 duurde het Brexit-drama voort. Premier Theresa May sleepte een compromis met de EU uit het vuur, maar zag zich met het oog op een dreigende nederlaag in het parlement gedwongen de stemming daarover uit te stellen tot in januari. De weerstand tegen haar compromissen was zo groot onder haar mede-Tories dat zij zich moest onderwerpen aan een vertrouwensstemming binnen de Conservatieve Partij.
Hoewel May erin is geslaagd die uitdaging te doorstaan, blijft ze gevangen tussen de twee uitersten van de weigering van de EU om nog meer concessies te doen enerzijds en de diepe binnenlandse kloof tussen degenen die in de EU willen blijven en degenen die de EU willen verlaten anderzijds. Uit peilingen blijkt nu dat de hard-linkse en schijnbaar anti-semitische leider Jeremy Corbyn waarschijnlijk de nieuwe premier van Groot-Brittannië gaat worden.
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
En dan is er nog Frankrijk, waar president Emmanuel Macron – ooit geroemd als de volgende de facto-leider van Europa – de afgelopen weken is geconfronteerd met een golf van protesten en burgerlijke wanorde. Macron had al de nodige moeite om zijn op groei gerichte hervormingsagenda door te voeren, die erop gericht is bescheiden beperkingen op te leggen aan de uit zijn voegen gegroeide Franse verzorgingsstaat.
Maar het was een stijging van de dieselaccijns, verkocht als een maatregel om de emissie van broeikasgassen tegen te gaan, die de protesten van de zogenoemde Gele Hesjes op gang heeft gebracht. In 's werelds meest belaste grote economie hebben de burgers blijkbaar genoeg van een politieke klasse die meer oog heeft voor wat wordt gezien als een verafgelegen mondiale doelstelling dan voor de onmiddellijke behoeften van de kiezers.
En in Canada wordt premier Justin Trudeau geconfronteerd met een reactie tegen een federale koolstofbelasting die is opgelegd aan de vier (van de tien) Canadese provincies die zijn aanvankelijke beleid om de broeikasgasemissies terug te dringen hadden verworpen. Dit zou hem volgend jaar wel eens zijn baan kunnen kosten. De toegenomen spanningen tussen centrale en subnationale overheden is oveigens een van de belangrijkste, zij het minst gesignaleerde mondiale trends van de afgelopen jaren.
De maatregelen tegen de klimaatverandering hebben ook elders met tegenslag te kampen. Op de United Nations Climate Change Conference (COP24), die in december werd gehouden in de Poolse mijnstad Katowice, zijn de onderhandelaars er ternauwernood in geslaagd het eens te worden over een reeks maatregelen ter implementatie van het Parijse klimaatverdrag uit 2015, inclusief een consistente methodologie voor het meten van vooruitgang.
Nog opzienbarender was de onthulling tijdens COP24 dat veel landen achterop zijn geraakt bij het voldoen aan de afspraken die in Parijs zijn gemaakt (en die waarschijnlijk sowieso niet zullen volstaan om de emissies wereldwijd in voldoende mate terug te dringen). Tot deze landen behoort ook Duitsland, waar het beleid van Merkel om duurzame energiebronnen te stimuleren en kernenergie af te bouwen heeft geleid tot een toegenomen afhankelijkheid van de meest vervuilende energiebron van allemaal (bruinkool), om de prijzen in de hand te houden en te voorzien in een achtervang voor wind- en zonne-energie.
Aan het begin van de conferentie was er vooral kritiek op de Verenigde Staten vanwege het besluit van president Donald Trump om zich zo snel mogelijk (in 2020) uit het Parijse klimaatverdrag terug te trekken. Maar de prestaties van Amerika op het gebied van de terugdringing van de emissies blijven tot de beste ter wereld behoren, ondanks de toenemende weerstand tegen het nieuwe klimaatbeleid.
De staten Washington, Arizona en Colorado hebben bijvoorbeeld onlangs initiatieven van de hand gewezen om het gebruik van fossiele brandstoffen aan banden te leggen. Zelfs in het ultra-groene Californië werd een eerder ingevoerde verhoging van de brandstofaccijns bijna ingetrokken; die kon alleen maar overleven omdat de kiezers zich zorgen maakten over de financiering van het onderhoud van de wegen en snelwegen van de staat.
Het klimaat is zeker niet de enige zorg van de regering-Trump. Bij de tussentijdse verkiezngen van vorig jaar verloor de Republikeinse partij de controle over het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden. Hoewel de macro-economische cijfers sterk blijven, maken velen zich zorgen over de stijgende rente, de groeivertraging in het buitenland en de conjuncturele ontwikkeling op de wereldmarkten. De importtarieven van Trump, met name die tegen China, versterken deze zorgen, omdat zij de groei-bevorderende effecten van zijn belastinghervormingen teniet dreigen te doen.
Buiten het Westen heeft de Hindoe-nationalistische Bharatiya Janata-partij van de Indiase premier Narendra Modi zojuist zware verliezen geleden bij verkiezingen in vijf deelstaten, als gevolg van toenemende economische zorgen. Die economische zorgen worden ook sterker in China, tegen de achtergrond van vertragende groei, escalerende handelsgeschillen met de VS en mondiale klachten over cyber-spionage, gedwongen technologie-overdrachten en het ambitieuze industriële beleid onder de noemer “Made in China 2025”, dat wereldwijd heeft geleid tot het weren van de producten van diverse Chinese technologiebedrijven. De greep op de macht van de Chinese president Xi Jinping blijft vooralsnog echter intact.
De politieke veranderingen die zich in de belangrijkste economieën van de wereld voltrekken benadrukken de grenzen van de mate en het tempo van de immigratie die samenlevingen kunnen verdragen, zonder overmatige ontwrichtingen teweeg te brengen; van de bereidheid van burgers om de heerschappij van centrale, laat staan supranationale, overheden te dulden; en van de tolerantie door het publiek van economische zwakte. Nu 2019 is begonnen, moeten leiders zich richten op binnenlandse problemen die raken aan het dagelijks bestaan van hun kiezers, terwijl ze ruimte moeten maken voor flexibelere en meer gedecentraliseerde politieke modellen, waarmee diverse bevolkingsgroepen bestuurd kunnen worden. Dit zal niet alleen de stabiliteit binnen landen ten goede komen, maar ook sterkere fundamenten leggen voor de samenwerking inzake internationale problemen met een hoge prioriteit, van handelsgeschillen tot het indammen van de klimaatrisico's.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
Since Plato’s Republic 2,300 years ago, philosophers have understood the process by which demagogues come to power in free and fair elections, only to overthrow democracy and establish tyrannical rule. The process is straightforward, and we have now just watched it play out.
observes that philosophers since Plato have understood how tyrants come to power in free elections.
Despite being a criminal, a charlatan, and an aspiring dictator, Donald Trump has won not only the Electoral College, but also the popular vote – a feat he did not achieve in 2016 or 2020. A nihilistic voter base, profit-hungry business leaders, and craven Republican politicians are to blame.
points the finger at a nihilistic voter base, profit-hungry business leaders, and craven Republican politicians.
STANFORD – Voor veel van de economieën, financiële markten, regeringshoofden en voorgenomen klimaatmaatregelen is 2018 niet goed afgelopen. De littekens van de mondiale financiële crisis en de Grote Recessie, in combinatie met structurele economische, technologische, culturele en demografische trends, hebben ertoe geleid dat grote delen van de bevolking in veel landen zich politiek veronachtzaamd, cultureel geminacht en/of economisch gewond voelen. En de manier waarop zij uitdrukking geven aan hun grieven – in de stemlokalen, op het internet en op straat – heeft hun leiders diepgaand verzwakt.
In Duitsland is bondskanselier Angela Merkel, die aan haar vierde termijn bezig is, lange tijd opgetreden als de de facto-leider van Europa. Toen kwam haar noodlottige besluit uit 2015 om ruim een miljoen vluchtelingen in Duitsland te verwelkomen. De reactie daarop – aangewakkerd door de frustraties over de extra druk op de publieke diensten, de staatsfinanciën en de politie, om maar te zwijgen van de politieke angstzaaierij – heeft Merkel dermate verwond dat zij deze maand niet meer herkozen wilde worden als leider van haar partij en zich dus ook niet opnieuw kandidaat zal stellen als bondskanselier nadat haar huidige termijn in 2021 is verstreken.
Het sentiment tegen immigranten beperkt zich niet alleen tot Duitsland. Van Italië tot Polen heeft dit sentiment populistische politieke partijen aan de macht geholpen. Hongarije heeft prikkeldraad opgetrokken om vluchtelingen buiten de deur te houden. Denemarken heeft de bezittingen van immigranten geconfiskeerd en staat op het punt om honderden “ongewenste” asielzoekers naar een afgelegen, onbewoond eiland te sturen dat ooit werd gebruikt voor het onderzoek van dode dieren.
Het verzet tegen het immigratiebeleid en, in bredere zin, de angst over het afstaan van soevereiniteit aan de EU heeft de afgelopen jaren ook geholpen een andere belangrijke ontwikkeling aan te zwengelen: het Brexit-referendum uit 2016 in het Verenigd Koninkrijk. Nadat de toenmalige minister-president David Cameron had beloofd een volksstemming te organiseren over een vertrek uit de EU – een truc om zijn overwinningsmarge van de verkiezingen van 2015 te maximaliseren – bleek hij niet in staat genoeg flexibiliteit bij de leiders van de EU te verkrijgen, onder meer op het gebied van de controle op immigratie, om een meerderheid van de kiezers ertoe te overreden deel te blijven uitmaken van het blok.
In 2018 duurde het Brexit-drama voort. Premier Theresa May sleepte een compromis met de EU uit het vuur, maar zag zich met het oog op een dreigende nederlaag in het parlement gedwongen de stemming daarover uit te stellen tot in januari. De weerstand tegen haar compromissen was zo groot onder haar mede-Tories dat zij zich moest onderwerpen aan een vertrouwensstemming binnen de Conservatieve Partij.
Hoewel May erin is geslaagd die uitdaging te doorstaan, blijft ze gevangen tussen de twee uitersten van de weigering van de EU om nog meer concessies te doen enerzijds en de diepe binnenlandse kloof tussen degenen die in de EU willen blijven en degenen die de EU willen verlaten anderzijds. Uit peilingen blijkt nu dat de hard-linkse en schijnbaar anti-semitische leider Jeremy Corbyn waarschijnlijk de nieuwe premier van Groot-Brittannië gaat worden.
Introductory Offer: Save 30% on PS Digital
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
En dan is er nog Frankrijk, waar president Emmanuel Macron – ooit geroemd als de volgende de facto-leider van Europa – de afgelopen weken is geconfronteerd met een golf van protesten en burgerlijke wanorde. Macron had al de nodige moeite om zijn op groei gerichte hervormingsagenda door te voeren, die erop gericht is bescheiden beperkingen op te leggen aan de uit zijn voegen gegroeide Franse verzorgingsstaat.
Maar het was een stijging van de dieselaccijns, verkocht als een maatregel om de emissie van broeikasgassen tegen te gaan, die de protesten van de zogenoemde Gele Hesjes op gang heeft gebracht. In 's werelds meest belaste grote economie hebben de burgers blijkbaar genoeg van een politieke klasse die meer oog heeft voor wat wordt gezien als een verafgelegen mondiale doelstelling dan voor de onmiddellijke behoeften van de kiezers.
En in Canada wordt premier Justin Trudeau geconfronteerd met een reactie tegen een federale koolstofbelasting die is opgelegd aan de vier (van de tien) Canadese provincies die zijn aanvankelijke beleid om de broeikasgasemissies terug te dringen hadden verworpen. Dit zou hem volgend jaar wel eens zijn baan kunnen kosten. De toegenomen spanningen tussen centrale en subnationale overheden is oveigens een van de belangrijkste, zij het minst gesignaleerde mondiale trends van de afgelopen jaren.
De maatregelen tegen de klimaatverandering hebben ook elders met tegenslag te kampen. Op de United Nations Climate Change Conference (COP24), die in december werd gehouden in de Poolse mijnstad Katowice, zijn de onderhandelaars er ternauwernood in geslaagd het eens te worden over een reeks maatregelen ter implementatie van het Parijse klimaatverdrag uit 2015, inclusief een consistente methodologie voor het meten van vooruitgang.
Nog opzienbarender was de onthulling tijdens COP24 dat veel landen achterop zijn geraakt bij het voldoen aan de afspraken die in Parijs zijn gemaakt (en die waarschijnlijk sowieso niet zullen volstaan om de emissies wereldwijd in voldoende mate terug te dringen). Tot deze landen behoort ook Duitsland, waar het beleid van Merkel om duurzame energiebronnen te stimuleren en kernenergie af te bouwen heeft geleid tot een toegenomen afhankelijkheid van de meest vervuilende energiebron van allemaal (bruinkool), om de prijzen in de hand te houden en te voorzien in een achtervang voor wind- en zonne-energie.
Aan het begin van de conferentie was er vooral kritiek op de Verenigde Staten vanwege het besluit van president Donald Trump om zich zo snel mogelijk (in 2020) uit het Parijse klimaatverdrag terug te trekken. Maar de prestaties van Amerika op het gebied van de terugdringing van de emissies blijven tot de beste ter wereld behoren, ondanks de toenemende weerstand tegen het nieuwe klimaatbeleid.
De staten Washington, Arizona en Colorado hebben bijvoorbeeld onlangs initiatieven van de hand gewezen om het gebruik van fossiele brandstoffen aan banden te leggen. Zelfs in het ultra-groene Californië werd een eerder ingevoerde verhoging van de brandstofaccijns bijna ingetrokken; die kon alleen maar overleven omdat de kiezers zich zorgen maakten over de financiering van het onderhoud van de wegen en snelwegen van de staat.
Het klimaat is zeker niet de enige zorg van de regering-Trump. Bij de tussentijdse verkiezngen van vorig jaar verloor de Republikeinse partij de controle over het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden. Hoewel de macro-economische cijfers sterk blijven, maken velen zich zorgen over de stijgende rente, de groeivertraging in het buitenland en de conjuncturele ontwikkeling op de wereldmarkten. De importtarieven van Trump, met name die tegen China, versterken deze zorgen, omdat zij de groei-bevorderende effecten van zijn belastinghervormingen teniet dreigen te doen.
Buiten het Westen heeft de Hindoe-nationalistische Bharatiya Janata-partij van de Indiase premier Narendra Modi zojuist zware verliezen geleden bij verkiezingen in vijf deelstaten, als gevolg van toenemende economische zorgen. Die economische zorgen worden ook sterker in China, tegen de achtergrond van vertragende groei, escalerende handelsgeschillen met de VS en mondiale klachten over cyber-spionage, gedwongen technologie-overdrachten en het ambitieuze industriële beleid onder de noemer “Made in China 2025”, dat wereldwijd heeft geleid tot het weren van de producten van diverse Chinese technologiebedrijven. De greep op de macht van de Chinese president Xi Jinping blijft vooralsnog echter intact.
De politieke veranderingen die zich in de belangrijkste economieën van de wereld voltrekken benadrukken de grenzen van de mate en het tempo van de immigratie die samenlevingen kunnen verdragen, zonder overmatige ontwrichtingen teweeg te brengen; van de bereidheid van burgers om de heerschappij van centrale, laat staan supranationale, overheden te dulden; en van de tolerantie door het publiek van economische zwakte. Nu 2019 is begonnen, moeten leiders zich richten op binnenlandse problemen die raken aan het dagelijks bestaan van hun kiezers, terwijl ze ruimte moeten maken voor flexibelere en meer gedecentraliseerde politieke modellen, waarmee diverse bevolkingsgroepen bestuurd kunnen worden. Dit zal niet alleen de stabiliteit binnen landen ten goede komen, maar ook sterkere fundamenten leggen voor de samenwerking inzake internationale problemen met een hoge prioriteit, van handelsgeschillen tot het indammen van de klimaatrisico's.
Vertaling: Menno Grootveld