LONDEN/GENÈVE – De ecosystemen van de planeet naderen kritieke omslagpunten, nu de uitstervingspercentages honderd tot duizend keer hoger liggen dan een eeuw geleden. Ons huidige economische systeem heeft de natuurlijke hulpbronnen onder steeds grotere druk gezet. Volgens het recente Dasgupta Review of the Economics of Biodiversity, dat in opdracht van het Britse ministerie van Financiën is opgesteld, zijn onze economieën ʻingebed in de natuur … en staan ze er niet buiten.ʼ Het is nu zaak deze erkenning te verankeren in onze ʻhedendaagse opvattingen over economische mogelijkheden.ʼ
Veel bedrijven, die de gevaren inzien waarmee de planeet wordt geconfronteerd, veranderen hun manier van werken. Maar ze kunnen het niet alleen, en de huidige regels van ons financiële en economische systeem moeten veranderen als we een rechtvaardige, natuur-positieve, netto-nul-toekomst willen opbouwen.
Dergelijke veranderingen zijn economisch zinvol. Bedrijven die een langetermijnvisie hanteren en tegemoet komen aan de behoeften van alle belanghebbenden, door ecologische en sociale risicoʼs en kansen te stellen boven kortetermijnwinsten en winstgevendheid, doen het beter dan hun concurrenten in termen van inkomsten, winst, investeringen en banengroei. Op dezelfde manier presteren bedrijven met een sterk beleid op het gebied van milieu, maatschappij en goed bestuur (ESG) beter en hebben zij een hogere kredietrating.
Volgens het Global Risks Report van het World Economic Forum zijn vier van de vijf grootste risicoʼs voor onze economieën milieurisicoʼs – waaronder klimaatverandering en biodiversiteitsverlies. Het door de mens veroorzaakte natuurverlies, het verband met de verspreiding van ziekten als COVID-19 en de geraamde jaarlijkse kosten van 300 miljard dollar van natuurrampen die worden veroorzaakt door de verstoring van ecosystemen en klimaatverandering, duiden op de risicoʼs van ongebreidelde economische groei. Verder denken dan het bbp en de winst op de korte termijn is dan ook essentieel om onze relatie met de planeet te herstellen en ons systeem om te vormen tot een levensvatbaar systeem.
De werkelijke risicoʼs die voortvloeien uit natuurverlies en klimaatverandering worden vaak niet in rekening gebracht of begrepen, ook niet door beleggers. De economische kosten van de achteruitgang van de bodem bedragen ruim 10 procent van het jaarlijkse bruto mondiaal product, en de door de mens veroorzaakte achteruitgang van de gezondheid van de oceanen zal de wereldeconomie tegen 2050 naar schatting 428 miljard dollar per jaar kosten. De keerzijde is dat een verschuiving naar een natuur-positieve economie 10 biljoen dollar aan zakelijke kansen kan genereren en bijna 400 miljoen banen kan creëren.
Goed draaiende bedrijven die deze transitie ondersteunen, bevinden zich in een echte leiderschapspositie. Maar als de winst van een duurzaam georiënteerde onderneming daalt, slaat de realiteit soms keihard toe. Beleggers jagen vaak kortetermijnwinsten na in plaats van ESG-indicatoren – naast de financiële prestaties – als een geloofwaardige maatstaf te gebruiken om de waarde van een bedrijf te bepalen. Deze definitie van zakelijk succes moet veranderen.
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
Neem het geval van consumptiegoederenmultinational Danone. In 2020 werd Danone de eerste beursgenoteerde Franse onderneming die het model van een entreprise à mission, ofwel doelgerichte onderneming, invoerde toen 99 procent van de aandeelhouders ermee instemde duurzaamheid in de bestuursstructuur van de onderneming te verankeren. Dit jaar kwam de onderneming onder toenemende druk te staan van activistische aandeelhouders – onder meer de 1 procent die tegen het nieuwe model was – vanwege wat zij beschouwen als de ʻlangdurige periode van ondermaats presterenʼ van de onderneming. Hoewel de aandelenkoers van Danone het minder goed heeft gedaan dan die van zijn rivalen, staat het bedrijf niet in het rood. Niettemin kondigde het in maart het vertrek aan van voorzitter en CEO Emmanuel Faber, die het duurzame bedrijfsmodel van het bedrijf had verdedigd.
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat niet alle aandeelhouders aan dezelfde dingen waarde hechten, en het feit dat beleggers vraagtekens zetten bij de ESG-inspanningen van bedrijven kan alleen maar positief zijn. Maar dat mag voorstanders van een doelgerichte strategie, die rekening houdt met een breder scala aan belanghebbenden en hun belangen, er niet van weerhouden te zoeken naar manieren om de regels aan te scherpen en de aandacht voor de niet-financiële prestaties verder te bevorderen. Zoals in het Dasgupta-rapport wordt gesteld, moeten we ʻonze maatstaven voor economisch succes veranderen om ons op een duurzamer pad te zetten.ʼ
In de eerste plaats hebben we zinvolle en geloofwaardige ESG-gegevens nodig, naast de traditionele financiële verslaglegging, om beschuldigingen van greenwashing tegen te gaan. Bedrijfsprestatie-indicatoren moeten de werkelijke waarde van natuurlijk, sociaal en menselijk kapitaal omvatten om de volledige gezondheidstoestand van de planeet, de mensen en de winsten bloot te kunnen leggen. Daartoe wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een wereldwijd geaccepteerd systeem voor de openbaarmaking door bedrijven van zowel financiële als duurzaamheidsinformatie.
In de tweede plaats zouden alle beleggers moeten stoppen met beleggen in activiteiten die een zeer negatief effect hebben op het klimaat en de biodiversiteit, en zouden ze de bedrijven die ze in portefeuille hebben moeten oproepen om verslagen uit te brengen die zijn afgestemd op de Task Force on Climate-Related Financial Disclosures en op de meer recent ingestelde Task Force on Nature-Related Financial Disclosures. BlackRock, ʼs werelds grootste vermogensbeheerder, heeft alle bedrijven in zijn portefeuille gevraagd dit tegen eind 2020 te doen, en een groep grote beleggers met een gezamenlijke waarde van 4,7 biljoen dollar heeft zich ertoe verbonden hun portefeuilles tegen 2050 koolstofvrij te maken. Daarnaast heeft de Amerikaanse Securities and Exchange Commission onlangs een Climate and ESG Task Force opgericht, die toezicht moet houden op het gedrag van beursgenoteerde ondernemingen op deze gebieden.
In de laatste en misschien wel belangrijkste plaats moeten regeringen ambitieus beleid ten uitvoer leggen dat een visie weerspiegelt op de duurzame economie waarnaar wij streven. Dergelijke maatregelen zouden niet alleen nieuwe zakelijke kansen kunnen ontsluiten, maar ook een gelijk speelveld en een stabiele bedrijfsomgeving kunnen creëren. In de aanloop naar de conferentie van de Verenigde Naties over biodiversiteit (COP15), die in oktober in China zal plaatsvinden, dringen ruim zevenhonderd bedrijven er bij regeringen op aan nu beleidsmaatregelen te nemen om het verlies aan natuur tegen 2030 een halt toe te roepen. En onlangs heeft de VN een baanbrekend raamwerk goedgekeurd om natuurlijk kapitaal in de economische verslaglegging te integreren.
Het komende herstel na de pandemie biedt de wereld een kans om dergelijke hervormingen te omarmen. We moeten ons economisch systeem heroriënteren en duurzame langetermijnprestaties belonen die meer bieden dan louter financieel rendement.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
At the end of a year of domestic and international upheaval, Project Syndicate commentators share their favorite books from the past 12 months. Covering a wide array of genres and disciplines, this year’s picks provide fresh perspectives on the defining challenges of our time and how to confront them.
ask Project Syndicate contributors to select the books that resonated with them the most over the past year.
LONDEN/GENÈVE – De ecosystemen van de planeet naderen kritieke omslagpunten, nu de uitstervingspercentages honderd tot duizend keer hoger liggen dan een eeuw geleden. Ons huidige economische systeem heeft de natuurlijke hulpbronnen onder steeds grotere druk gezet. Volgens het recente Dasgupta Review of the Economics of Biodiversity, dat in opdracht van het Britse ministerie van Financiën is opgesteld, zijn onze economieën ʻingebed in de natuur … en staan ze er niet buiten.ʼ Het is nu zaak deze erkenning te verankeren in onze ʻhedendaagse opvattingen over economische mogelijkheden.ʼ
Veel bedrijven, die de gevaren inzien waarmee de planeet wordt geconfronteerd, veranderen hun manier van werken. Maar ze kunnen het niet alleen, en de huidige regels van ons financiële en economische systeem moeten veranderen als we een rechtvaardige, natuur-positieve, netto-nul-toekomst willen opbouwen.
Dergelijke veranderingen zijn economisch zinvol. Bedrijven die een langetermijnvisie hanteren en tegemoet komen aan de behoeften van alle belanghebbenden, door ecologische en sociale risicoʼs en kansen te stellen boven kortetermijnwinsten en winstgevendheid, doen het beter dan hun concurrenten in termen van inkomsten, winst, investeringen en banengroei. Op dezelfde manier presteren bedrijven met een sterk beleid op het gebied van milieu, maatschappij en goed bestuur (ESG) beter en hebben zij een hogere kredietrating.
Volgens het Global Risks Report van het World Economic Forum zijn vier van de vijf grootste risicoʼs voor onze economieën milieurisicoʼs – waaronder klimaatverandering en biodiversiteitsverlies. Het door de mens veroorzaakte natuurverlies, het verband met de verspreiding van ziekten als COVID-19 en de geraamde jaarlijkse kosten van 300 miljard dollar van natuurrampen die worden veroorzaakt door de verstoring van ecosystemen en klimaatverandering, duiden op de risicoʼs van ongebreidelde economische groei. Verder denken dan het bbp en de winst op de korte termijn is dan ook essentieel om onze relatie met de planeet te herstellen en ons systeem om te vormen tot een levensvatbaar systeem.
De werkelijke risicoʼs die voortvloeien uit natuurverlies en klimaatverandering worden vaak niet in rekening gebracht of begrepen, ook niet door beleggers. De economische kosten van de achteruitgang van de bodem bedragen ruim 10 procent van het jaarlijkse bruto mondiaal product, en de door de mens veroorzaakte achteruitgang van de gezondheid van de oceanen zal de wereldeconomie tegen 2050 naar schatting 428 miljard dollar per jaar kosten. De keerzijde is dat een verschuiving naar een natuur-positieve economie 10 biljoen dollar aan zakelijke kansen kan genereren en bijna 400 miljoen banen kan creëren.
Goed draaiende bedrijven die deze transitie ondersteunen, bevinden zich in een echte leiderschapspositie. Maar als de winst van een duurzaam georiënteerde onderneming daalt, slaat de realiteit soms keihard toe. Beleggers jagen vaak kortetermijnwinsten na in plaats van ESG-indicatoren – naast de financiële prestaties – als een geloofwaardige maatstaf te gebruiken om de waarde van een bedrijf te bepalen. Deze definitie van zakelijk succes moet veranderen.
HOLIDAY SALE: PS for less than $0.7 per week
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
Neem het geval van consumptiegoederenmultinational Danone. In 2020 werd Danone de eerste beursgenoteerde Franse onderneming die het model van een entreprise à mission, ofwel doelgerichte onderneming, invoerde toen 99 procent van de aandeelhouders ermee instemde duurzaamheid in de bestuursstructuur van de onderneming te verankeren. Dit jaar kwam de onderneming onder toenemende druk te staan van activistische aandeelhouders – onder meer de 1 procent die tegen het nieuwe model was – vanwege wat zij beschouwen als de ʻlangdurige periode van ondermaats presterenʼ van de onderneming. Hoewel de aandelenkoers van Danone het minder goed heeft gedaan dan die van zijn rivalen, staat het bedrijf niet in het rood. Niettemin kondigde het in maart het vertrek aan van voorzitter en CEO Emmanuel Faber, die het duurzame bedrijfsmodel van het bedrijf had verdedigd.
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat niet alle aandeelhouders aan dezelfde dingen waarde hechten, en het feit dat beleggers vraagtekens zetten bij de ESG-inspanningen van bedrijven kan alleen maar positief zijn. Maar dat mag voorstanders van een doelgerichte strategie, die rekening houdt met een breder scala aan belanghebbenden en hun belangen, er niet van weerhouden te zoeken naar manieren om de regels aan te scherpen en de aandacht voor de niet-financiële prestaties verder te bevorderen. Zoals in het Dasgupta-rapport wordt gesteld, moeten we ʻonze maatstaven voor economisch succes veranderen om ons op een duurzamer pad te zetten.ʼ
In de eerste plaats hebben we zinvolle en geloofwaardige ESG-gegevens nodig, naast de traditionele financiële verslaglegging, om beschuldigingen van greenwashing tegen te gaan. Bedrijfsprestatie-indicatoren moeten de werkelijke waarde van natuurlijk, sociaal en menselijk kapitaal omvatten om de volledige gezondheidstoestand van de planeet, de mensen en de winsten bloot te kunnen leggen. Daartoe wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een wereldwijd geaccepteerd systeem voor de openbaarmaking door bedrijven van zowel financiële als duurzaamheidsinformatie.
In de tweede plaats zouden alle beleggers moeten stoppen met beleggen in activiteiten die een zeer negatief effect hebben op het klimaat en de biodiversiteit, en zouden ze de bedrijven die ze in portefeuille hebben moeten oproepen om verslagen uit te brengen die zijn afgestemd op de Task Force on Climate-Related Financial Disclosures en op de meer recent ingestelde Task Force on Nature-Related Financial Disclosures. BlackRock, ʼs werelds grootste vermogensbeheerder, heeft alle bedrijven in zijn portefeuille gevraagd dit tegen eind 2020 te doen, en een groep grote beleggers met een gezamenlijke waarde van 4,7 biljoen dollar heeft zich ertoe verbonden hun portefeuilles tegen 2050 koolstofvrij te maken. Daarnaast heeft de Amerikaanse Securities and Exchange Commission onlangs een Climate and ESG Task Force opgericht, die toezicht moet houden op het gedrag van beursgenoteerde ondernemingen op deze gebieden.
In de laatste en misschien wel belangrijkste plaats moeten regeringen ambitieus beleid ten uitvoer leggen dat een visie weerspiegelt op de duurzame economie waarnaar wij streven. Dergelijke maatregelen zouden niet alleen nieuwe zakelijke kansen kunnen ontsluiten, maar ook een gelijk speelveld en een stabiele bedrijfsomgeving kunnen creëren. In de aanloop naar de conferentie van de Verenigde Naties over biodiversiteit (COP15), die in oktober in China zal plaatsvinden, dringen ruim zevenhonderd bedrijven er bij regeringen op aan nu beleidsmaatregelen te nemen om het verlies aan natuur tegen 2030 een halt toe te roepen. En onlangs heeft de VN een baanbrekend raamwerk goedgekeurd om natuurlijk kapitaal in de economische verslaglegging te integreren.
Het komende herstel na de pandemie biedt de wereld een kans om dergelijke hervormingen te omarmen. We moeten ons economisch systeem heroriënteren en duurzame langetermijnprestaties belonen die meer bieden dan louter financieel rendement.
Vertaling: Menno Grootveld