NEW YORK – Toen de cycloon Idai vorige maand Mozambique, Malawi, Zimbabwe en Madagascar trof, vonden bijna duizend mensen de dood en raakten honderdduizenden dakloos, ondervoed en in de greep van ziekten. Volgens één schatting zou wel eens ruim $1 mrd aan infrastructuur verloren kunnen zijn gegaan.
Dergelijke catastrofes zijn deprimerend normaal geworden. Idai was de jongste in een reeks extreme weersgebeurtenissen die ons hebben laten zien dat de verwoestende gevolgen van de klimaatverandering niet ergens in een verre toekomst zijn gelegen, maar in het heden. Erger nog, de armste en meest kwetsbare gemeenschappen ter wereld worden nu het hardst getroffen. Mozambique – het land dat de grootste schade ondervond van Idai – zal de wederopbouw moeten aangaan met beide handen op de rug gebonden, omdat het land momenteel verwikkeld is in onderhandelingen om zijn onhoudbare schulden te herstructureren.
Om zulke uitdagingen aan te pakken, heeft de internationale gemeenschap in 2025 de 2030 Agenda for Sustainable Development (Agenda voor Duurzame Ontwikkeling) aangenomen, waarin een route werd uitgestippeld naar gedeelde welvaart en duurzaamheid. Maar de Sustainable Development Goals (Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen, kortweg SDGs) zullen niet worden verwezenlijkt, tenzij we onze financiële systemen herzien overeenkomstig de Addis Ababa Action Agenda van de Verenigde Naties. We hebben een mondiale financiële architectuur nodig die ons in staat zal stellen de noodzakelijke investeringen te financieren (inclusief in veerkrachtige infrastructuur), snel schokken te kunnen opvangen, en in moeilijkheden verkerende landen een gezonde financiële basis te geven.
Er heeft zich wel enige vooruitgang voorgedaan. Uit een nieuw onderzoek van de VN naar de financiering van de mondiale duurzame ontwikkeling, uitgevoerd in samenwerking met het Internationale Monetaire Fonds, de Wereldbank en de OESO, blijkt dat de belangstelling van de particuliere sector voor duurzame financiering aan het groeien is. Bovendien worden de SDGs steeds meer geïncorporeerd in publieke begrotingen en samenwerkingen op het gebied van de ontwikkeling.
Maar deze veranderingen gaan niet snel genoeg en hebben ook lang niet de vereiste schaalgrootte. Met $43 mrd in het eerste halfjaar van 2018 zijn de totale investeringen van de particuliere sector in de infrastructuur van ontwikkelingslanden vandaag de dag bijvoorbeeld lager dan in dezelfde periode in 2012. Om het doel te bereiken van universeel basisonderwijs in 2030 zullen de jaarlijkse onderwijsuitgaven in de armste landen van de wereld ruimschoots verdrievoudigd moeten worden.
Tegelijkertijd moeten de onderliggende systeemrisico's worden aangepakt om toekomstige crises af te wenden. Op dit punt zijn de vooruitzichten niet goed. De groei van de wereldeconomie heeft gepiekt op 3%, veel minder hoog dan nodig is om de armoede in veel landen uit te roeien. In 2017 zijn de reële (aan de inflatie aangepaste) lonen met slechts 1,8% gestegen, de laagste stijging in tien jaar tijd. Het merendeel van de mensen in de wereld woont nu in landen waar de inkomensongelijkheid toeneemt. Hoewel de mondialisering de welvaart aanzienlijk heeft bevorderd en flinke vooruitgang heeft mogelijk gemaakt bij het bestrijden van de armoede, zijn de vruchten ervan niet gelijkelijk verdeeld. Veel te veel huishoudens, gemeenschappen en landen zijn buitengesloten van de stijgende welvaart.
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
Tegen deze achtergrond is het niet verrassend dat het vertrouwen in het multilateralisme zelf in veel delen van de wereld is teruggelopen. Maar hoewel de multilaterale orde een legitimiteitscrisis doormaakt, zijn er ook kansen. Snelle veranderingen – in de geopolitiek en de technologie, bovenop de klimaatverandering – hebben onze collectieve aandacht gericht op uitdagingen aan het adres van bestaande regelingen op het gebied van onder meer de mondiale financiën, handel, schulden en belastingsamenwerking. Nu we die regelingen opnieuw onder de loep nemen, kunnen we ze gaan inrichten voor duurzame ontwikkeling.
De urgente behoefte aan langetermijninvesteringen ter bestrijding van de klimaatverandering heeft bijvoorbeeld de kortetermijnoriëntatie van de kapitaalmarkten onderstreept, en het belang benadrukt van het in stelling brengen van prikkels die het gedrag beïnvloeden van spelers in het financiële systeem. Op dezelfde manier vertegenwoordigt het feit dat half oktober 2018 ruim $588 mrd aan goederen aan handelsbeperkingen onderhevig waren – een verzevenvoudiging ten opzichte van het jaar daarvóór – een crisis van het multilaterale handelssysteem, maar ook een kans om een eerlijker aanpak van de mondialisering te bepleiten.
Naast Mozambique zijn er nu minstens dertig andere ontwikkelings- en lageinkomenslanden die een groot risico lopen op schuldenproblemen. Maar de stijgende staatsschulden, die samengaan met een veranderend crediteurenlandschap, hebben de internationale gemeenschap gewezen op de gaten in de bestaande architectuur voor de duurzaamheid van staatsschulden.
Tenslotte heeft de digitalisering brandstof geleverd voor het debat over het ontwerp van het internationale belastingstelsel en de invloed ervan op de ongelijkheid. En de toenemende marktconcentratie, met name in de digitale economie, heeft de schijnwerpers gezet op de noodzaak om de distributieve implicaties van de nieuwe technologieën aan te pakken – zowel binnen als tussen landen.
Nationale beleidsmaatregelen om de belastingen te verhogen, investeringen aan te trekken en de binnenlandse financiële systemen op één lijn te brengen met de SDGs zijn noodzakelijk om de transformatie op gang te brengen die we nodig hebben. Maar de dringendste problemen kunnen niet worden opgelost als landen op hun eigen houtje blijven opereren. In plaats van het multilateralisme vaarwel te zeggen, moet de internationale gemeenschap de collectieve actie versterken. Alleen door samen te werken kunnen we mooie dingen bereiken die iedereen ten goede komen. Als we daar niet in slagen, zullen we geen duurzame ontwikkeling voor iedereen kunnen verwezenlijken. Nu de toekomst van de planeet en onze gedeelde welvaart op het spel staan, is er geen excuus meer om niets te doen.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
Since Plato’s Republic 2,300 years ago, philosophers have understood the process by which demagogues come to power in free and fair elections, only to overthrow democracy and establish tyrannical rule. The process is straightforward, and we have now just watched it play out.
observes that philosophers since Plato have understood how tyrants come to power in free elections.
Despite being a criminal, a charlatan, and an aspiring dictator, Donald Trump has won not only the Electoral College, but also the popular vote – a feat he did not achieve in 2016 or 2020. A nihilistic voter base, profit-hungry business leaders, and craven Republican politicians are to blame.
points the finger at a nihilistic voter base, profit-hungry business leaders, and craven Republican politicians.
NEW YORK – Toen de cycloon Idai vorige maand Mozambique, Malawi, Zimbabwe en Madagascar trof, vonden bijna duizend mensen de dood en raakten honderdduizenden dakloos, ondervoed en in de greep van ziekten. Volgens één schatting zou wel eens ruim $1 mrd aan infrastructuur verloren kunnen zijn gegaan.
Dergelijke catastrofes zijn deprimerend normaal geworden. Idai was de jongste in een reeks extreme weersgebeurtenissen die ons hebben laten zien dat de verwoestende gevolgen van de klimaatverandering niet ergens in een verre toekomst zijn gelegen, maar in het heden. Erger nog, de armste en meest kwetsbare gemeenschappen ter wereld worden nu het hardst getroffen. Mozambique – het land dat de grootste schade ondervond van Idai – zal de wederopbouw moeten aangaan met beide handen op de rug gebonden, omdat het land momenteel verwikkeld is in onderhandelingen om zijn onhoudbare schulden te herstructureren.
Om zulke uitdagingen aan te pakken, heeft de internationale gemeenschap in 2025 de 2030 Agenda for Sustainable Development (Agenda voor Duurzame Ontwikkeling) aangenomen, waarin een route werd uitgestippeld naar gedeelde welvaart en duurzaamheid. Maar de Sustainable Development Goals (Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen, kortweg SDGs) zullen niet worden verwezenlijkt, tenzij we onze financiële systemen herzien overeenkomstig de Addis Ababa Action Agenda van de Verenigde Naties. We hebben een mondiale financiële architectuur nodig die ons in staat zal stellen de noodzakelijke investeringen te financieren (inclusief in veerkrachtige infrastructuur), snel schokken te kunnen opvangen, en in moeilijkheden verkerende landen een gezonde financiële basis te geven.
Er heeft zich wel enige vooruitgang voorgedaan. Uit een nieuw onderzoek van de VN naar de financiering van de mondiale duurzame ontwikkeling, uitgevoerd in samenwerking met het Internationale Monetaire Fonds, de Wereldbank en de OESO, blijkt dat de belangstelling van de particuliere sector voor duurzame financiering aan het groeien is. Bovendien worden de SDGs steeds meer geïncorporeerd in publieke begrotingen en samenwerkingen op het gebied van de ontwikkeling.
Maar deze veranderingen gaan niet snel genoeg en hebben ook lang niet de vereiste schaalgrootte. Met $43 mrd in het eerste halfjaar van 2018 zijn de totale investeringen van de particuliere sector in de infrastructuur van ontwikkelingslanden vandaag de dag bijvoorbeeld lager dan in dezelfde periode in 2012. Om het doel te bereiken van universeel basisonderwijs in 2030 zullen de jaarlijkse onderwijsuitgaven in de armste landen van de wereld ruimschoots verdrievoudigd moeten worden.
Tegelijkertijd moeten de onderliggende systeemrisico's worden aangepakt om toekomstige crises af te wenden. Op dit punt zijn de vooruitzichten niet goed. De groei van de wereldeconomie heeft gepiekt op 3%, veel minder hoog dan nodig is om de armoede in veel landen uit te roeien. In 2017 zijn de reële (aan de inflatie aangepaste) lonen met slechts 1,8% gestegen, de laagste stijging in tien jaar tijd. Het merendeel van de mensen in de wereld woont nu in landen waar de inkomensongelijkheid toeneemt. Hoewel de mondialisering de welvaart aanzienlijk heeft bevorderd en flinke vooruitgang heeft mogelijk gemaakt bij het bestrijden van de armoede, zijn de vruchten ervan niet gelijkelijk verdeeld. Veel te veel huishoudens, gemeenschappen en landen zijn buitengesloten van de stijgende welvaart.
Introductory Offer: Save 30% on PS Digital
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
Tegen deze achtergrond is het niet verrassend dat het vertrouwen in het multilateralisme zelf in veel delen van de wereld is teruggelopen. Maar hoewel de multilaterale orde een legitimiteitscrisis doormaakt, zijn er ook kansen. Snelle veranderingen – in de geopolitiek en de technologie, bovenop de klimaatverandering – hebben onze collectieve aandacht gericht op uitdagingen aan het adres van bestaande regelingen op het gebied van onder meer de mondiale financiën, handel, schulden en belastingsamenwerking. Nu we die regelingen opnieuw onder de loep nemen, kunnen we ze gaan inrichten voor duurzame ontwikkeling.
De urgente behoefte aan langetermijninvesteringen ter bestrijding van de klimaatverandering heeft bijvoorbeeld de kortetermijnoriëntatie van de kapitaalmarkten onderstreept, en het belang benadrukt van het in stelling brengen van prikkels die het gedrag beïnvloeden van spelers in het financiële systeem. Op dezelfde manier vertegenwoordigt het feit dat half oktober 2018 ruim $588 mrd aan goederen aan handelsbeperkingen onderhevig waren – een verzevenvoudiging ten opzichte van het jaar daarvóór – een crisis van het multilaterale handelssysteem, maar ook een kans om een eerlijker aanpak van de mondialisering te bepleiten.
Naast Mozambique zijn er nu minstens dertig andere ontwikkelings- en lageinkomenslanden die een groot risico lopen op schuldenproblemen. Maar de stijgende staatsschulden, die samengaan met een veranderend crediteurenlandschap, hebben de internationale gemeenschap gewezen op de gaten in de bestaande architectuur voor de duurzaamheid van staatsschulden.
Tenslotte heeft de digitalisering brandstof geleverd voor het debat over het ontwerp van het internationale belastingstelsel en de invloed ervan op de ongelijkheid. En de toenemende marktconcentratie, met name in de digitale economie, heeft de schijnwerpers gezet op de noodzaak om de distributieve implicaties van de nieuwe technologieën aan te pakken – zowel binnen als tussen landen.
Nationale beleidsmaatregelen om de belastingen te verhogen, investeringen aan te trekken en de binnenlandse financiële systemen op één lijn te brengen met de SDGs zijn noodzakelijk om de transformatie op gang te brengen die we nodig hebben. Maar de dringendste problemen kunnen niet worden opgelost als landen op hun eigen houtje blijven opereren. In plaats van het multilateralisme vaarwel te zeggen, moet de internationale gemeenschap de collectieve actie versterken. Alleen door samen te werken kunnen we mooie dingen bereiken die iedereen ten goede komen. Als we daar niet in slagen, zullen we geen duurzame ontwikkeling voor iedereen kunnen verwezenlijken. Nu de toekomst van de planeet en onze gedeelde welvaart op het spel staan, is er geen excuus meer om niets te doen.
Vertaling: Menno Grootveld