ABUJA, NIGERIA – De komende vijftien jaar zal de internationale gemeenschap $2,5 bln besteden aan ontwikkeling, en nationale staten zullen daar nog eens talloze biljoenen aan toevoegen. In september komen de 193 landen van de wereld bijeen bij de Verenigde Naties in New York om overeenstemming te bereiken over een reeks mondiale doelen waaraan deze middelen zullen worden besteed. Nu er zo veel op het spel staat, is het van cruciaal belang dat we de verstandigste keuzes maken.
Omdat het alleen maar natuurlijk is dat politici beloven om alles te doen, staan de VN momenteel op het punt om het onmogelijke aantal van 169 doelen te overwegen. De voorgestelde doelen lopen uiteen van het ambitieuze (“het beëindigen van de AIDS-, tuberculose- en malaria-epidemieën”) tot het perifere (“het bevorderen van duurzaam toerisme”) en het onmogelijke (“het in 2030 bewerkstelligen van volledige en productieve werkgelegenheid voor alle vrouwen en mannen, inclusief jonge mensen en gehandicapten”).
Alles aan iedereen beloven is echter volslagen zinloos. In werkelijkheid betekent het hebben van 169 prioriteiten het stellen van geen enkele prioriteit.
Dat is de reden dat mijn denktank, de Copenhagen Consensus, 82 topeconomen, 44 sectorale deskundigen en een aantal VN-organisaties en NGO's uit de hele wereld heeft gevraagd te onderzoeken welke doelen het meest zouden opleveren per bestede dollar, euro of peso. Een team van eminente economen, waaronder diverse Nobelprijswinnaars, heeft vervolgens deze doelen in termen van 'waarde-voor-geld' op een rijtje gezet.
Het blijkt dat niet alle doelen gelijk zijn. Sommige doelen leveren verbazingwekkende economische, sociale en ecologische rendementen op, maar veel andere doelen nauwelijks meer dan één dollar per bestede dollar. Sommige doelen resulteren zelfs in een nettoverlies door minder dan één dollar per bestede dollar op te brengen.
Als de wereld het beschikbare geld gelijkelijk over alle 169 VN-doelen zou verdelen, zou dat ongeveer $7 aan sociaal profijt per bestede dollar opleveren. Dat is zeer respectabel, maar we kunnen het nog veel beter doen.
Het panel van eminente economen heeft een veel kortere lijst samengesteld van slechts 19 doelen die het beste zouden uitpakken voor de hele wereld. Iedere dollar die aan deze doelen wordt uitgegeven zal waarschijnlijk een sociaal voordeel van $32 verwezenlijken – ruim viermaal méér dan wanneer je het geld aan alle 169 doelen uitgeeft. Verstandig omgaan met ontwikkelingsgelden zou wel eens beter kunnen zijn dan het verviervoudigen van het mondiale hulpbudget.
Deze kortere lijst is niettemin behoorlijk veelomvattend; wat de doelen met elkaar verbindt is de mate waarin de mensen, de planeet en de welvaart er baat bij kunnen hebben.
Neem een paar doelen die mensen veel soelaas kunnen bieden. Tuberculose is een “onzichtbare” ziekte, maar vormt een veel groter probleem dan het met veel publiciteit omgeven ebola. Ruim twee miljard mensen dragen de tuberculosebacil bij zich, en op een gegeven moment zal ongeveer 10% van hen de ziekte krijgen, die ieder jaar zo'n 1,5 miljoen slachtoffers maakt (vergeleken met de 20.000 sterfgevallen bij de recente ebola-uitbraak).
Toch is de behandeling goedkoop en in de meeste gevallen zeer effectief. Het uitgeven van één dollar aan diagnose en behandeling levert $43 op in de vorm van een veel langer productief leven.
Een ander adequaat gebruik van de beschikbare middelen is het bestrijden van de ondervoeding bij kinderen. Goede voeding is vooral van cruciaal belang voor jonge kinderen, omdat het hun hersenen en lichamen in staat stelt zich beter te ontwikkelen, wat levenslang voordeel oplevert. Goed gevoede kinderen blijven langer op school, leren beter en worden uiteindelijk productievere leden van de samenleving. Het beschikbare bewijsmateriaal duidt erop dat het jaarlijks verstrekken van betere voeding aan 68 miljoen kinderen $45 aan langetermijnvoordelen zou opleveren voor iedere bestede dollar.
Sommige doelen die vooral de planeet ten goede komen brengen ook grote voordelen met zich mee. Het kortwieken van de subsidies op fossiele brandstoffen, die jaarlijks bijna $550 mrd kosten, zou de vervuiling en de CO2 -uitstoot terugdringen, terwijl er middelen worden vrijgemaakt voor investeringen in de gezondheidszorg, het onderwijs en de infrastructuur. In totaal zou iedere dollar die niet aan dit soort subsidies wordt uitgegeven ruim $15 dollar aan voordelen voor de planeet opleveren.
Ook een betere bescherming van de koraalriffen blijkt verrassend kosteneffectief te zijn. De biodiversiteit wordt erdoor bevorderd. Gezonde koraalriffen zijn beter voor de visstand en trekken meer toeristen aan. Iedere dollar die aan deze bescherming wordt besteed kan voordelen opleveren ter waarde van $24.
Misschien wel het belangrijkste en meest alomvattende probleem is dat van de armoede, waar miljarden mensen mee kampen. De armoede ligt ten grondslag aan de meeste andere ontwikkelingsproblemen. Als je arm bent, is het waarschijnlijker dat je kinderen last hebben van ondervoeding of aan tuberculose ten prooi vallen. Als je arm bent, is het waarschijnlijker dat je regenwoud gaat kappen en verbranden, of boven koraalriffen gaat vissen met dynamiet.
Betere voeding en betere toegang tot onderwijs kunnen helpen. Maar dat geldt ook voor welvaartsdoelen die ervoor zorgen dat honderden miljoenen mensen zichzelf uit de armoede kunnen trekken. Zoals we herhaaldelijk hebben kunnen zien – in China, Zuid-Korea, Chili, India en elders – kunnen minder handelsbeperkingen de inkomens omhoog tillen en de armoede verlichten. Uit economische modellen blijkt dat een succesvolle terugdringing van handelsbarrières, zoals die wordt voorzien in de huidige Doha-ronde van multilaterale handelsbesprekingen, in 2030 $11 bln kan toevoegen aan het mondiale bbp. Dat zou jaarlijks $1000 extra betekenen voor iedereen in de ontwikkelingslanden, en 160 miljoen mensen helpen uit de armoede te klimmen.
Deze lijst van 'verstandige' doelen zal niet alle problemen van de wereld kunnen oplossen; dat kan geen enkele realistische lijst, hoe ambitieus ook. Maar de negentien doelen die door de Copenhagen Consensus zijn geïdentificeerd kunnen de landen van de wereld helpen zich op de belangrijkste prioriteiten te concentreren. Deze doelen zullen meer dan viermaal zo veel profijt per bestede dollar opleveren als het verdelen van al het beschikbare geld over alle 169 doelen. Overheden moeten ophouden iedereen alles te beloven en zich gaan richten op het verwezenlijken van datgene wat het best mogelijk is.
Zie voor meer informatie over het project en alle negentien doelen www.post2015consensus.com
Vertaling: Menno Grootveld
ABUJA, NIGERIA – De komende vijftien jaar zal de internationale gemeenschap $2,5 bln besteden aan ontwikkeling, en nationale staten zullen daar nog eens talloze biljoenen aan toevoegen. In september komen de 193 landen van de wereld bijeen bij de Verenigde Naties in New York om overeenstemming te bereiken over een reeks mondiale doelen waaraan deze middelen zullen worden besteed. Nu er zo veel op het spel staat, is het van cruciaal belang dat we de verstandigste keuzes maken.
Omdat het alleen maar natuurlijk is dat politici beloven om alles te doen, staan de VN momenteel op het punt om het onmogelijke aantal van 169 doelen te overwegen. De voorgestelde doelen lopen uiteen van het ambitieuze (“het beëindigen van de AIDS-, tuberculose- en malaria-epidemieën”) tot het perifere (“het bevorderen van duurzaam toerisme”) en het onmogelijke (“het in 2030 bewerkstelligen van volledige en productieve werkgelegenheid voor alle vrouwen en mannen, inclusief jonge mensen en gehandicapten”).
Alles aan iedereen beloven is echter volslagen zinloos. In werkelijkheid betekent het hebben van 169 prioriteiten het stellen van geen enkele prioriteit.
Dat is de reden dat mijn denktank, de Copenhagen Consensus, 82 topeconomen, 44 sectorale deskundigen en een aantal VN-organisaties en NGO's uit de hele wereld heeft gevraagd te onderzoeken welke doelen het meest zouden opleveren per bestede dollar, euro of peso. Een team van eminente economen, waaronder diverse Nobelprijswinnaars, heeft vervolgens deze doelen in termen van 'waarde-voor-geld' op een rijtje gezet.
Het blijkt dat niet alle doelen gelijk zijn. Sommige doelen leveren verbazingwekkende economische, sociale en ecologische rendementen op, maar veel andere doelen nauwelijks meer dan één dollar per bestede dollar. Sommige doelen resulteren zelfs in een nettoverlies door minder dan één dollar per bestede dollar op te brengen.
Als de wereld het beschikbare geld gelijkelijk over alle 169 VN-doelen zou verdelen, zou dat ongeveer $7 aan sociaal profijt per bestede dollar opleveren. Dat is zeer respectabel, maar we kunnen het nog veel beter doen.
BLACK FRIDAY SALE: Subscribe for as little as $34.99
Subscribe now to gain access to insights and analyses from the world’s leading thinkers – starting at just $34.99 for your first year.
Subscribe Now
Het panel van eminente economen heeft een veel kortere lijst samengesteld van slechts 19 doelen die het beste zouden uitpakken voor de hele wereld. Iedere dollar die aan deze doelen wordt uitgegeven zal waarschijnlijk een sociaal voordeel van $32 verwezenlijken – ruim viermaal méér dan wanneer je het geld aan alle 169 doelen uitgeeft. Verstandig omgaan met ontwikkelingsgelden zou wel eens beter kunnen zijn dan het verviervoudigen van het mondiale hulpbudget.
Deze kortere lijst is niettemin behoorlijk veelomvattend; wat de doelen met elkaar verbindt is de mate waarin de mensen, de planeet en de welvaart er baat bij kunnen hebben.
Neem een paar doelen die mensen veel soelaas kunnen bieden. Tuberculose is een “onzichtbare” ziekte, maar vormt een veel groter probleem dan het met veel publiciteit omgeven ebola. Ruim twee miljard mensen dragen de tuberculosebacil bij zich, en op een gegeven moment zal ongeveer 10% van hen de ziekte krijgen, die ieder jaar zo'n 1,5 miljoen slachtoffers maakt (vergeleken met de 20.000 sterfgevallen bij de recente ebola-uitbraak).
Toch is de behandeling goedkoop en in de meeste gevallen zeer effectief. Het uitgeven van één dollar aan diagnose en behandeling levert $43 op in de vorm van een veel langer productief leven.
Een ander adequaat gebruik van de beschikbare middelen is het bestrijden van de ondervoeding bij kinderen. Goede voeding is vooral van cruciaal belang voor jonge kinderen, omdat het hun hersenen en lichamen in staat stelt zich beter te ontwikkelen, wat levenslang voordeel oplevert. Goed gevoede kinderen blijven langer op school, leren beter en worden uiteindelijk productievere leden van de samenleving. Het beschikbare bewijsmateriaal duidt erop dat het jaarlijks verstrekken van betere voeding aan 68 miljoen kinderen $45 aan langetermijnvoordelen zou opleveren voor iedere bestede dollar.
Sommige doelen die vooral de planeet ten goede komen brengen ook grote voordelen met zich mee. Het kortwieken van de subsidies op fossiele brandstoffen, die jaarlijks bijna $550 mrd kosten, zou de vervuiling en de CO2 -uitstoot terugdringen, terwijl er middelen worden vrijgemaakt voor investeringen in de gezondheidszorg, het onderwijs en de infrastructuur. In totaal zou iedere dollar die niet aan dit soort subsidies wordt uitgegeven ruim $15 dollar aan voordelen voor de planeet opleveren.
Ook een betere bescherming van de koraalriffen blijkt verrassend kosteneffectief te zijn. De biodiversiteit wordt erdoor bevorderd. Gezonde koraalriffen zijn beter voor de visstand en trekken meer toeristen aan. Iedere dollar die aan deze bescherming wordt besteed kan voordelen opleveren ter waarde van $24.
Misschien wel het belangrijkste en meest alomvattende probleem is dat van de armoede, waar miljarden mensen mee kampen. De armoede ligt ten grondslag aan de meeste andere ontwikkelingsproblemen. Als je arm bent, is het waarschijnlijker dat je kinderen last hebben van ondervoeding of aan tuberculose ten prooi vallen. Als je arm bent, is het waarschijnlijker dat je regenwoud gaat kappen en verbranden, of boven koraalriffen gaat vissen met dynamiet.
Betere voeding en betere toegang tot onderwijs kunnen helpen. Maar dat geldt ook voor welvaartsdoelen die ervoor zorgen dat honderden miljoenen mensen zichzelf uit de armoede kunnen trekken. Zoals we herhaaldelijk hebben kunnen zien – in China, Zuid-Korea, Chili, India en elders – kunnen minder handelsbeperkingen de inkomens omhoog tillen en de armoede verlichten. Uit economische modellen blijkt dat een succesvolle terugdringing van handelsbarrières, zoals die wordt voorzien in de huidige Doha-ronde van multilaterale handelsbesprekingen, in 2030 $11 bln kan toevoegen aan het mondiale bbp. Dat zou jaarlijks $1000 extra betekenen voor iedereen in de ontwikkelingslanden, en 160 miljoen mensen helpen uit de armoede te klimmen.
Deze lijst van 'verstandige' doelen zal niet alle problemen van de wereld kunnen oplossen; dat kan geen enkele realistische lijst, hoe ambitieus ook. Maar de negentien doelen die door de Copenhagen Consensus zijn geïdentificeerd kunnen de landen van de wereld helpen zich op de belangrijkste prioriteiten te concentreren. Deze doelen zullen meer dan viermaal zo veel profijt per bestede dollar opleveren als het verdelen van al het beschikbare geld over alle 169 doelen. Overheden moeten ophouden iedereen alles te beloven en zich gaan richten op het verwezenlijken van datgene wat het best mogelijk is.
Zie voor meer informatie over het project en alle negentien doelen www.post2015consensus.com
Vertaling: Menno Grootveld