WASHINGTON, DC – Filantropie zal nooit een volwaardige vervanger zijn voor publieke hulp, maar kan wél een krachtige motor zijn – mits we het op de juiste manier inzetten. Nu de wereldwijde financiering voor ontwikkelingssamenwerking onder druk staat, Europese hulpbudgetten verschuiven richting defensie en herbewapening, en de Verenigde Staten hun buitenlandse hulp volledig heroverwegen, heerst er grote onrust binnen de hulpgemeenschap.
De reacties tot nu toe zijn grofweg in twee categorieën te verdelen: enerzijds oproepen aan filantropische instellingen om het gat in de hulpfinanciering te dichten, en anderzijds moralistische uitspraken waarin overheden worden bekritiseerd omdat ze zich terugtrekken. Helaas is het eerste niet realistisch, en het tweede meestal niet effectief. Particuliere donoren kunnen de mondiale, systemische uitdagingen niet in hun eentje oplossen, en politici vertellen dat ze moreel failliet zijn, overtuigt hen zelden van jouw gelijk. In plaats daarvan moeten we beleidsmakers tegemoetkomen op punten waar ze wél ontvankelijk voor zijn, onze argumentatie aanscherpen en ons richten op wat in de praktijk écht werkt.
De harde waarheid is dat de meeste overheidshulp niet eens ontworpen is met effectiviteit als uitgangspunt. Vaak krijgen processen voorrang boven daadwerkelijke resultaten. Ook filantropie is niet ongevoelig gebleken voor die valkuil. In de beginjaren van de Eleanor Crook Foundation financierden we holistische, multisectorale programma’s die probeerden álle oorzaken van ondervoeding tegelijk aan te pakken. Dat klonk op papier veelbelovend, maar in de praktijk vielen de resultaten tegen. De aanpak zag er goed uit, maar leidde niet tot meetbare verbeteringen in de bestrijding van ondervoeding.
We hebben van die mislukking geleerd en het roer radicaal omgegooid. Inmiddels richten we onze financiering op plekken waar het bewijs het sterkst is, en de impact het meest direct en meetbaar. Tijdens de recente Nutrition for Growth (N4G)-top in Parijs kondigden we een toezegging van vijftig miljoen dollar aan, samen met tweehonderd miljoen van andere donoren, om een van de meest kosteneffectieve interventies in de wereldgezondheid op te schalen: prenatale vitamines, oftewel meervoudige micronutriëntensupplementen (MMS). Deze financiering is onderdeel van een routekaart van één miljard dollar om ervoor te zorgen dat zwangere vrouwen – waar ter wereld ze ook wonen – toegang krijgen tot MMS.
De wetenschap over dit onderwerp is glashelder. MMS vervangen de verouderde ijzer- en foliumzuurtabletten die nog steeds aan veel zwangere vrouwen in lage-inkomenslanden worden verstrekt. In plaats van slechts twee voedingsstoffen biedt MMS er vijftien, wat leidt tot een forse afname van bloedarmoede bij moeders, van doodgeboortes en van baby’s met een laag geboortegewicht. De economische opbrengst is indrukwekkend: voor elke geïnvesteerde dollar wordt naar schatting 37 dollar terugverdiend. Maar nog belangrijker zijn de menselijke voordelen – de kindersterfte daalt met bijna een derde.
De mondiale ongelijkheid op het gebied van de gezondheid van moeders is schrijnend. Een zwangere vrouw in Londen heeft standaard toegang tot uitgebreide prenatale vitamines. In Lagos krijgt ze misschien alleen ijzer- en foliumzuurtabletten – of zelfs helemaal niets. Dit verschil is geen gevolg van een gebrek aan kennis, maar van een gebrek aan politieke en financiële wil. Er is geen nieuwe wetenschappelijke doorbraak nodig om deze kloof te dichten. Wat wél nodig is, zijn meer investeringen in bewezen, effectieve oplossingen.
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
Ruim twintig jaar onderzoek, drie Lancet studies en meerdere investeringsanalyses van de Wereldbank hebben zo’n tien voedingsinterventies aangewezen die cosequent te weinig financiering krijgen, ondanks hun bewezen effectiviteit. Het gaat hierbij niet om spectaculaire, groots opgezette of idealistische projecten. Het zijn juist doelgerichte, op bewijs gebaseerde programma’s die direct op grote schaal toepasbaar zijn en duidelijke, meetbare resultaten opleveren.
Oplossingen zoals borstvoedingsondersteuning, vitamine A-supplementen, prenatale vitamines en kant-en-klare voeding voor ernstig ondervoede kinderen maken deel uit van een pakket interventies dat, als het wordt opgeschaald in negen landen met hoge urgentie, binnen vijf jaar minstens twee miljoen levens kan redden. En dat voor een jaarlijkse investering van slechts 887 miljoen dollar. Een bescheiden bedrag voor zulke levensveranderende resultaten.
Ondervoeding is momenteel de belangrijkste oorzaak van kindersterfte wereldwijd. Alleen al in 2023 droeg ondervoeding bij aan zo’n drie miljoen sterfgevallen. Dit zijn geen onverklaarbare tragedies – ze zijn voorspelbaar en in veel gevallen eenvoudig en goedkoop te voorkomen. In een wereld waarin we toeristen de ruimte in sturen, kunnen we het ons natuurlijk veroorloven om elke zwangere vrouw toegang te geven tot een potje vitaminen van twee dollar.
De N4G-top van dit jaar zou wel eens de laatste in zijn soort kunnen zijn geweest. Deze top maakte deel uit van een reeks bijeenkomsten die verbonden zijn aan de Olympische Spelen, die de volgende keer in de Verenigde Staten zullen plaatsvinden. Aangezien de huidige Amerikaanse regering al heeft aangegeven deze traditie niet voort te willen zetten, krijgen de recente toezeggingen die in Parijs zijn gedaan extra urgentie. Vage beloften en politieke grootspraak volstaan niet langer.
Bij de Eleanor Crook Foundation vragen we regeringen niet om weer evenveel uit te geven als vroeger. In plaats daarvan roepen we hen op om naar het bewijs te kijken en de resterende budgetten voor officiële ontwikkelingshulp in te zetten voor het opschalen van bewezen, kosteneffectieve oplossingen. Een bescheiden investering in MMS – minder dan wat de G7-landen in één week aan defensie uitgeven – zou zeshonderdduizend levens kunnen redden.
Zelfs met beperkte budgetten hebben we de kans om miljoenen levens te redden – maar alleen als we stoppen met overal tegelijk op in te zetten en ons in plaats daarvan richten op wat écht het verschil maakt.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
Donald Trump’s attempt to reindustrialize the US economy by eliminating trade deficits will undoubtedly cause pain and disruption on a massive scale. But it is important to remember that both major US political parties have abandoned free trade in pursuit of similar goals.
argues that America’s protectionist policies reflect a global economic reordering that was already underway.
Donald Trump and Elon Musk's reign of disruption is crippling research universities’ ability to serve as productive partners in innovation, thus threatening the very system that they purport to celebrate. The Chinese, who are increasingly becoming frontier innovators in their own right, will be forever grateful.
warns that the pillars of US dynamism and competitiveness are being systematically toppled.
WASHINGTON, DC – Filantropie zal nooit een volwaardige vervanger zijn voor publieke hulp, maar kan wél een krachtige motor zijn – mits we het op de juiste manier inzetten. Nu de wereldwijde financiering voor ontwikkelingssamenwerking onder druk staat, Europese hulpbudgetten verschuiven richting defensie en herbewapening, en de Verenigde Staten hun buitenlandse hulp volledig heroverwegen, heerst er grote onrust binnen de hulpgemeenschap.
De reacties tot nu toe zijn grofweg in twee categorieën te verdelen: enerzijds oproepen aan filantropische instellingen om het gat in de hulpfinanciering te dichten, en anderzijds moralistische uitspraken waarin overheden worden bekritiseerd omdat ze zich terugtrekken. Helaas is het eerste niet realistisch, en het tweede meestal niet effectief. Particuliere donoren kunnen de mondiale, systemische uitdagingen niet in hun eentje oplossen, en politici vertellen dat ze moreel failliet zijn, overtuigt hen zelden van jouw gelijk. In plaats daarvan moeten we beleidsmakers tegemoetkomen op punten waar ze wél ontvankelijk voor zijn, onze argumentatie aanscherpen en ons richten op wat in de praktijk écht werkt.
De harde waarheid is dat de meeste overheidshulp niet eens ontworpen is met effectiviteit als uitgangspunt. Vaak krijgen processen voorrang boven daadwerkelijke resultaten. Ook filantropie is niet ongevoelig gebleken voor die valkuil. In de beginjaren van de Eleanor Crook Foundation financierden we holistische, multisectorale programma’s die probeerden álle oorzaken van ondervoeding tegelijk aan te pakken. Dat klonk op papier veelbelovend, maar in de praktijk vielen de resultaten tegen. De aanpak zag er goed uit, maar leidde niet tot meetbare verbeteringen in de bestrijding van ondervoeding.
We hebben van die mislukking geleerd en het roer radicaal omgegooid. Inmiddels richten we onze financiering op plekken waar het bewijs het sterkst is, en de impact het meest direct en meetbaar. Tijdens de recente Nutrition for Growth (N4G)-top in Parijs kondigden we een toezegging van vijftig miljoen dollar aan, samen met tweehonderd miljoen van andere donoren, om een van de meest kosteneffectieve interventies in de wereldgezondheid op te schalen: prenatale vitamines, oftewel meervoudige micronutriëntensupplementen (MMS). Deze financiering is onderdeel van een routekaart van één miljard dollar om ervoor te zorgen dat zwangere vrouwen – waar ter wereld ze ook wonen – toegang krijgen tot MMS.
De wetenschap over dit onderwerp is glashelder. MMS vervangen de verouderde ijzer- en foliumzuurtabletten die nog steeds aan veel zwangere vrouwen in lage-inkomenslanden worden verstrekt. In plaats van slechts twee voedingsstoffen biedt MMS er vijftien, wat leidt tot een forse afname van bloedarmoede bij moeders, van doodgeboortes en van baby’s met een laag geboortegewicht. De economische opbrengst is indrukwekkend: voor elke geïnvesteerde dollar wordt naar schatting 37 dollar terugverdiend. Maar nog belangrijker zijn de menselijke voordelen – de kindersterfte daalt met bijna een derde.
De mondiale ongelijkheid op het gebied van de gezondheid van moeders is schrijnend. Een zwangere vrouw in Londen heeft standaard toegang tot uitgebreide prenatale vitamines. In Lagos krijgt ze misschien alleen ijzer- en foliumzuurtabletten – of zelfs helemaal niets. Dit verschil is geen gevolg van een gebrek aan kennis, maar van een gebrek aan politieke en financiële wil. Er is geen nieuwe wetenschappelijke doorbraak nodig om deze kloof te dichten. Wat wél nodig is, zijn meer investeringen in bewezen, effectieve oplossingen.
Introductory Offer: Save 30% on PS Digital
Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.
Subscribe Now
Ruim twintig jaar onderzoek, drie Lancet studies en meerdere investeringsanalyses van de Wereldbank hebben zo’n tien voedingsinterventies aangewezen die cosequent te weinig financiering krijgen, ondanks hun bewezen effectiviteit. Het gaat hierbij niet om spectaculaire, groots opgezette of idealistische projecten. Het zijn juist doelgerichte, op bewijs gebaseerde programma’s die direct op grote schaal toepasbaar zijn en duidelijke, meetbare resultaten opleveren.
Oplossingen zoals borstvoedingsondersteuning, vitamine A-supplementen, prenatale vitamines en kant-en-klare voeding voor ernstig ondervoede kinderen maken deel uit van een pakket interventies dat, als het wordt opgeschaald in negen landen met hoge urgentie, binnen vijf jaar minstens twee miljoen levens kan redden. En dat voor een jaarlijkse investering van slechts 887 miljoen dollar. Een bescheiden bedrag voor zulke levensveranderende resultaten.
Ondervoeding is momenteel de belangrijkste oorzaak van kindersterfte wereldwijd. Alleen al in 2023 droeg ondervoeding bij aan zo’n drie miljoen sterfgevallen. Dit zijn geen onverklaarbare tragedies – ze zijn voorspelbaar en in veel gevallen eenvoudig en goedkoop te voorkomen. In een wereld waarin we toeristen de ruimte in sturen, kunnen we het ons natuurlijk veroorloven om elke zwangere vrouw toegang te geven tot een potje vitaminen van twee dollar.
De N4G-top van dit jaar zou wel eens de laatste in zijn soort kunnen zijn geweest. Deze top maakte deel uit van een reeks bijeenkomsten die verbonden zijn aan de Olympische Spelen, die de volgende keer in de Verenigde Staten zullen plaatsvinden. Aangezien de huidige Amerikaanse regering al heeft aangegeven deze traditie niet voort te willen zetten, krijgen de recente toezeggingen die in Parijs zijn gedaan extra urgentie. Vage beloften en politieke grootspraak volstaan niet langer.
Bij de Eleanor Crook Foundation vragen we regeringen niet om weer evenveel uit te geven als vroeger. In plaats daarvan roepen we hen op om naar het bewijs te kijken en de resterende budgetten voor officiële ontwikkelingshulp in te zetten voor het opschalen van bewezen, kosteneffectieve oplossingen. Een bescheiden investering in MMS – minder dan wat de G7-landen in één week aan defensie uitgeven – zou zeshonderdduizend levens kunnen redden.
Zelfs met beperkte budgetten hebben we de kans om miljoenen levens te redden – maar alleen als we stoppen met overal tegelijk op in te zetten en ons in plaats daarvan richten op wat écht het verschil maakt.
Vertaling: Menno Grootveld