leautier2_Getty Images Hildegarde_mdb finance Getty Images Hildegarde

Hoe financiële markten klimaatactie kunnen bevorderen

LONDEN – De klimaatverandering staat op de agenda van de Amerikaanse presidentsverkiezingen in november. Een tweede presidentschap van Donald Trump zou kunnen leiden tot een extra uitstoot van vier miljard ton kooldioxide tegen 2030, waardoor de vooruitgang onder president Joe Biden teniet wordt gedaan. Vice-president Kamala Harris, de Democratische kandidaat voor de presidentsverkiezingen, heeft zich tijdens haar periode als procureur-generaal van Californië juist hard opgesteld tegenover vervuilers.

Ondertussen vertragen de verschuiving naar rechts in Europa en de gecompliceerde coalitiepolitiek de wereldwijde klimaatactie. Terwijl de westerse democratieën worstelen met de toenemende politieke onzekerheid, is het misschien aan de kapitaalmarkten om de planeet te redden.

Helaas zit ons financiële systeem gevangen in een klassiek ‘prisoner’s dilemma’: het is voor elke afzonderlijke instelling duur om in haar eentje de koolstofuitstoot te reduceren, terwijl anderen blijven profiteren van hun koolstofintensieve portefeuilles. Maar als alle vermogensbezitters en -beheerders zich zouden inzetten voor het verminderen van de CO2-uitstoot en het ondersteunen van een rechtvaardige klimaattransitie die werknemers, gemeenschappen en consumenten beschermt, dan zouden ze waarde op de langere termijn en welvaart voor iedereen kunnen creëren.

De ongemakkelijke waarheid is dat zonder robuust klimaatbeleid – zoals het beprijzen van CO2 en het afschaffen van subsidies voor fossiele brandstoffen om kapitaal te herbestemmen voor schone energie – er weinig prikkels zijn voor collectieve actie. In een wereld waarin vervuilen loont, zullen beleggers in de verleiding komen om bedrijven met niet-duurzame praktijken te steunen, waardoor de last van de energietransitie op anderen wordt afgeschoven en uiteindelijk iedereen slechter af is.

In tegenstelling tot wat activisten hopen, is klimaatactie niet noodzakelijk een overwinning voor iedereen. Een transitie die maar één keer per generatie plaatsvindt, brengt financiële en politieke risico’s met zich mee, maar ook kansen, die winnaars en verliezers opleveren in de hele waardeketen van beleggingen. De vraag is dus of grote vermogensbezitters en -beheerders de markten in de richting van klimaatdoelstellingen kunnen sturen en voldoende financieel rendement kunnen genereren.

Het antwoord is ja, maar om dit te bereiken zijn drie grote strategische verschuivingen nodig. In de eerste plaats moeten beleggers de dialoog aangaan met bedrijven met een hoge uitstoot in plaats van ze simpelweg af te stoten. Desinvesteringscampagnes leiden vaak tot partijdige pogingen om de fossiele-brandstofindustrie te beschermen, terwijl het aangaan van een dialoog met bedrijven met een hoge uitstoot en het volgen van hun vooruitgang tastbare klimaatvoordelen biedt die verder gaan dan het van koolstof ontdoen van de portefeuille.

BLACK FRIDAY SALE: Subscribe for as little as $34.99
BF2024-Onsite-1333x1000

BLACK FRIDAY SALE: Subscribe for as little as $34.99

Subscribe now to gain access to insights and analyses from the world’s leading thinkers – starting at just $34.99 for your first year.

Subscribe Now

In een studie uit 2023 analyseerden de economen Kelly Shue en Samuel Hartzmark bijvoorbeeld bijna twee decennia aan emissiegegevens van ruim drieduizend bedrijven en ontdekten dat ‘bruine’ bedrijven met een hoge uitstoot gemiddeld 261 keer zoveel uitstoten als klimaatvriendelijke ‘groene’ bedrijven. Dit duidt erop dat een emissiereductie van één procent bij een olie- of gasbedrijf een veel grotere impact heeft op het milieu dan een technologiebedrijf of een bank die een nettonuluitstoot bereikt. Nu de geopolitieke spanningen toenemen en de nationale productie van fossiele brandstoffen steeds belangrijker wordt voor de energiezekerheid en betaalbaarheid, moeten beleidsmakers deze bevindingen in gedachten houden.

In de tweede plaats moeten beleggers actief op zoek gaan naar emissiereducties in plaats van passief te beleggen in koolstofarme industrieën. Zoals de afgelopen jaren is gebleken, presteren zogenoemde ‘exchange-traded funds’ die zich richten op beleggingen in milieu, maatschappij en goed bestuur niet alleen slechter dan de markt, maar slagen ze er ook niet in om klimaatmaatregelen te versnellen.

Bovendien is overduidelijk gebleken dat Big Tech-bedrijven zoals Meta (Facebook), Apple, Amazon, Netflix en Alphabet (Google) duurzame aandelenfondsen domineren. Hoewel deze fondsen op het eerste gezicht milieuvriendelijk lijken, toont onderzoek aan dat door kapitaal weg te leiden van bedrijven met een hoge uitstoot, ze onbedoeld cruciale sectoren hebben beroofd van de middelen die ze nodig hebben om te investeren in de transitie naar schone energie.

Daarentegen kunnen actieve fondsen die zich richten op het aanmoedigen van koolstofintensieve bedrijven om koolstofarm te worden, klimaatactie bevorderen door beleggingen door te sluizen naar sectoren als hernieuwbare energie en afvalbeheer. Een goed voorbeeld van deze aanpak is het $100 Billion Climate Action Plan van het California Public Employees’ Retirement System, dat zich richt op het verbeteren van de cementproductie en het moderniseren van faciliteiten die op fossiele brandstoffen werken.

Belangrijk is dat er weinig bewijs is dat het louter koolstofvrij maken van een portefeuille zich vertaalt in minder uitstoot van broeikasgassen. Om de transitie naar schone energie te ondersteunen, moeten institutionele beleggers zich bezighouden met industrieën met zowel een hoge als een lage uitstoot, en moeten ze koolstofintensieve bedrijven stimuleren om hun emissies bekend te maken, teneinde de negatieve invloed van hoge emissies op hun beurswaarderingen te beperken. Aangezien de overgang naar een koolstofarme economie aanzienlijke langetermijninvesteringen vereist, zouden institutionele beleggers ook kapitaal kunnen richten op opkomende technologieën zoals duurzame luchtvaart en veilige kernenergie.

Tot slot moeten beleggers de unieke marktkansen grijpen die ontstaan door zwak nationaal klimaatbeleid. Volgens het Internationaal Energieagentschap zullen de investeringen in schone energie in 2024 ruim twee biljoen dollar bedragen – ongeveer twee keer zoveel als het bedrag dat in fossiele brandstoffen wordt geïnvesteerd.

Een tweede regering-Trump zou de baanbrekende Inflation Reduction Act (IRA) van de regering-Biden in gevaar kunnen brengen. Maar een vertraging van groene investeringen is niet onvermijdelijk, gezien het feit dat de stimuleringsmaatregelen van de IRA – waaronder 369 miljard dollar aan belastingvoordelen en subsidies voor schone energie – steun hebben gekregen van kiezers, beleggers, bedrijven, staats- en lokale functionarissen, en zelfs van sommige Republikeinse wetgevers. De impact van de IRA – die in het eerste jaar 240 miljard dollar aan investeringen in schone energie heeft losgemaakt – kan niet worden genegeerd.

Hoewel groene investeringen institutionele beleggers in staat stellen om te navigeren door binnenlandse volatiliteit, bij te dragen aan de strijd tegen de klimaatverandering en rendement te genereren, zouden de huidige ongereguleerde koolstofmarkten de indruk kunnen wekken dat bedrijven de voorkeur geven aan koolstofcompensaties boven een zinvolle terugdringing van de koolstofuitstoot die ten goede komt aan lokale gemeenschappen. Initiatieven onder leiding van klimaat- en financiële experts, zoals de Integrity Council for the Voluntary Carbon Market, kunnen dus een cruciale rol spelen bij het vaststellen van normen voor koolstofcredits en het handhaven van de integriteit van de markt, waardoor ze zouden helpen om dit essentiële instrument voor klimaatfinanciering op grotere schaal in te zetten.

Ongeacht het politieke klimaat zal 2024 waarschijnlijk 2023 overtreffen als het warmste jaar ooit. In een economie waarin financieel rendement boven alles gaat, is het logisch dat individuele bedrijven zich richten op winst. Maar als we ons uitsluitend richten op het genereren van rendement, gaan we voorbij aan de catastrofale gevolgen van steeds vaker voorkomende extreme weersomstandigheden zoals orkanen, overstromingen en bosbranden.

Nu de klimaatgerelateerde ontwrichtingen intensiever worden, bevinden grote institutionele beleggers zich in een unieke positie om het voortouw te nemen bij de groene transitie en tegelijkertijd financieel rendement te genereren, zodat we dichter in de buurt komen van de emissiedoelstellingen die zijn vastgesteld in het klimaatverdrag van Parijs van 2015. Nu is het tijd voor de markten om deze kans te grijpen en ons te helpen de beslissende strijd van onze tijd te winnen.

Lynn Forester de Rothschild, CEO van E.L. Rothschild, is oprichter en CEO van de Council for Inclusive Capitalism.

https://prosyn.org/yinjnEynl