NEW YORK – De klimaatverandering bedreigt de toekomst van de mensheid. Hele dorpen spoelen nu al weg in zee, en conflicten over schaarse hulpbronnen nemen overal ter wereld toe. Elk jaar worden meer en meer gezinnen gedwongen te verhuizen als gevolg van extreme weersomstandigheden, waardoor een vicieuze cirkel van extreme armoede, acute honger en onzekerheid ontstaat.
Ter gelegenheid van de Dag van de Aarde 2021 moeten we onze aandacht verruimen en ons rekenschap geven van de steeds nauwere verbanden tussen de klimaatcrisis en onderwijs – een gebied waar we dringend goede bedoelingen en financiële toezeggingen moeten omzetten in zinvolle actie. Onderwijs voor de meest kwetsbare bevolkingsgroepen ter wereld – vooral meisjes en jongens die ontheemd zijn geraakt door klimaatgerelateerde rampen, gewapende conflicten en langdurige politieke crises – moet een topprioriteit worden in onze race om de mensheid te beschermen en een leefbaarder toekomst te creëren voor de komende generaties.
De uitdaging waarvoor we staan is ongekend. De komende dertig jaar zullen naar verwachting ruim 140 miljoen mensen in Zuid-Azië, Afrika bezuiden de Sahara en Latijns-Amerika ontheemd raken als gevolg van de klimaatverandering, tegen een kostenpost van zoʼn 7,9 biljoen dollar. Deze golf van massamigratie en ontheemding zal de wereldwijde inspanningen om democratisch en verantwoordelijk bestuur uit te breiden en om de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen uit het klimaatverdrag van Parijs te verwezenlijken, verstoren.
Het onrecht waarmee gemarginaliseerde en kwetsbare kinderen worden geconfronteerd, die zelf geen enkele schuld dragen aan het probleem, wordt nog versterkt doordat meisjes – vooral adolescenten – vaak de eersten zijn die van school worden verdreven wanneer droogtes, aardverschuivingen, overstromingen en andere rampen toeslaan, en zij de laatsten zijn die terugkeren, áls ze dat al doen. Zonder toegang tot onderwijs lopen deze meisjes een verhoogd risico op seksuele uitbuiting, uithuwelijking op jonge leeftijd, ongewenste zwangerschap en kinderarbeid.
Dit betekent een tragisch verlies van menselijk kapitaal. Het Malala Fonds schat dat in 2021 klimaatgerelateerde gebeurtenissen zullen verhinderen dat ten minste vier miljoen meisjes in ontwikkelingslanden hun opleiding afmaken. En dit aantal kan oplopen tot 12 miljoen in 2025.
We moeten de verbanden tussen deze kwesties gaan leggen. Door onderwijssteun op te nemen in hun bredere klimaatagendaʼs kunnen overheden de vicieuze cirkel van ontheemding, armoede en onveiligheid vervangen door een nieuwe, heilzame cyclus. Goed opgeleide meisjes zijn krachtige steunpilaren van verandering. Met het juiste onderwijs kunnen de gemarginaliseerde en kwetsbare jongeren van vandaag bouwen aan de sterkere en veerkrachtigere economieën en gemeenschappen van morgen.
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
De cijfers liegen er niet om. Uit recente onderzoeken blijkt dat een extra jaar basisonderwijs voor meisjes het inkomen per hoofd van de bevolking met 10 tot 20 procent kan doen stijgen. Omgekeerd wordt de prijs van het niet onderwijzen van meisjes in de middelbareschoolleeftijd geschat op 15 tot 30 biljoen dollar aan verloren gegane productiviteit. Deze gederfde winst kan een enorm verschil maken bij het aanpakken van de klimaatverandering en het opbouwen van sterkere samenlevingen.
Onderzoek toont ook aan dat onderwijs aan meisjes levens redt. Uit een studie uit 2013 waarin het verband tussen onderwijs voor meisjes en de vermindering van het risico op rampen werd geanalyseerd, bleek dat als 70 procent van de vrouwen in de leeftijdsgroep van 20 tot 39 jaar ten minste lager middelbaar onderwijs zou volgen, het aantal sterfgevallen als gevolg van rampen tegen 2050 met 60 procent zou kunnen worden verminderd.
Achter deze grimmige statistieken gaat een sprankje hoop schuil. Neem Afghanistan, waar een toename van droogtes, overstromingen en extreme weersomstandigheden gezinnen op de vlucht doet slaan en conflicten uitlokt. Hoewel de basisrechten van Afghaanse meisjes en vrouwen lange tijd systematisch zijn geschonden, geven vrouwen nu les in natuurwetenschappen en biologie, en zorgen ze ervoor dat de volgende generatie meisjes mondiger wordt. Op het platteland krijgen meisjes die geen onderwijs hebben genoten, toegang tot veilige leeromgevingen in communale onderwijscentra. En in het nationale onderwijsbeleid wordt een proactieve aanpak gehanteerd om meer meisjes naar school te krijgen.
In de Sahel, waar mensen steeds vaker vechten om schaarse hulpbronnen en vluchten voor recordtemperaturen en -droogtes, zijn kinderen degenen die het verst achterblijven. In landen als Tsjaad heeft de internationale gemeenschap echter de handen ineengeslagen om meerjarige onderwijsprogrammaʼs te steunen via wereldwijde fondsen zoals Education Cannot Wait, dat wordt beheerd door de VN. Dankzij deze collectieve investeringen verwerven meisjes nieuwe vaardigheden op het gebied van wetenschap, technologie, engineering en wiskunde, waardoor ze meer kansen krijgen om zich te ontplooien – en misschien krachtige pleitbezorgers worden voor duurzame ontwikkeling en klimaatbestendigheid.
In Mozambique worden kinderen vandaag geconfronteerd met de drievoudige dreiging van klimaatverandering, gewelddadige onveiligheid en COVID-19. Maar dankzij voortdurende steun hebben meisjes en jongens nu toegang tot onderwijsdiensten op afstand en leren ze via tv, radio en tablets. Deze kinderen zullen weten wat ze moeten doen als de volgende catastrofale cycloon toeslaat. Door onderwijs te volgen worden ze weerbaarder, bewuster en beter in staat om te handelen.
Om de toenemende risicoʼs voor kinderen in ontwikkelingslanden aan te pakken – vooral in crisissituaties – moeten we dringend holistische en collectieve actie ondernemen om onderwijs en klimaatverandering met elkaar te verbinden. Voor donoren, overheden en leiders uit de particuliere sector betekent dit dat onderwijs een plaats moet krijgen in de bijdragen aan het verdrag van Parijs, de COVID-19-responspakketten en de algemene strategieën voor een koolstofarme, klimaatbestendige ontwikkeling. En als we vooruit kijken naar de COP26 klimaatveranderingsconferentie in Glasgow in november en andere mondiale bijeenkomsten, moet de financiering van onderwijs – vooral onderwijs voor kwetsbare meisjes – bovenaan de internationale agenda worden gezet.
Hoop is niet genoeg. We moeten proactieve maatregelen nemen om het overleven van de mensheid op de langere termijn te verzekeren. De keuze is aan ons. Een investering in onderwijs voor meisjes is een investering in onze gedeelde menselijkheid, onze economie, en de toekomst van de planeet.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
The Norwegian finance ministry recently revealed just how much the country has benefited from Russia's invasion of Ukraine, estimating its windfall natural-gas revenues for 2022-23 to be around $111 billion. Yet rather than transferring these gains to those on the front line, the government is hoarding them.
argue that the country should give its windfall gains from gas exports to those on the front lines.
NEW YORK – De klimaatverandering bedreigt de toekomst van de mensheid. Hele dorpen spoelen nu al weg in zee, en conflicten over schaarse hulpbronnen nemen overal ter wereld toe. Elk jaar worden meer en meer gezinnen gedwongen te verhuizen als gevolg van extreme weersomstandigheden, waardoor een vicieuze cirkel van extreme armoede, acute honger en onzekerheid ontstaat.
Ter gelegenheid van de Dag van de Aarde 2021 moeten we onze aandacht verruimen en ons rekenschap geven van de steeds nauwere verbanden tussen de klimaatcrisis en onderwijs – een gebied waar we dringend goede bedoelingen en financiële toezeggingen moeten omzetten in zinvolle actie. Onderwijs voor de meest kwetsbare bevolkingsgroepen ter wereld – vooral meisjes en jongens die ontheemd zijn geraakt door klimaatgerelateerde rampen, gewapende conflicten en langdurige politieke crises – moet een topprioriteit worden in onze race om de mensheid te beschermen en een leefbaarder toekomst te creëren voor de komende generaties.
De uitdaging waarvoor we staan is ongekend. De komende dertig jaar zullen naar verwachting ruim 140 miljoen mensen in Zuid-Azië, Afrika bezuiden de Sahara en Latijns-Amerika ontheemd raken als gevolg van de klimaatverandering, tegen een kostenpost van zoʼn 7,9 biljoen dollar. Deze golf van massamigratie en ontheemding zal de wereldwijde inspanningen om democratisch en verantwoordelijk bestuur uit te breiden en om de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen uit het klimaatverdrag van Parijs te verwezenlijken, verstoren.
Het onrecht waarmee gemarginaliseerde en kwetsbare kinderen worden geconfronteerd, die zelf geen enkele schuld dragen aan het probleem, wordt nog versterkt doordat meisjes – vooral adolescenten – vaak de eersten zijn die van school worden verdreven wanneer droogtes, aardverschuivingen, overstromingen en andere rampen toeslaan, en zij de laatsten zijn die terugkeren, áls ze dat al doen. Zonder toegang tot onderwijs lopen deze meisjes een verhoogd risico op seksuele uitbuiting, uithuwelijking op jonge leeftijd, ongewenste zwangerschap en kinderarbeid.
Dit betekent een tragisch verlies van menselijk kapitaal. Het Malala Fonds schat dat in 2021 klimaatgerelateerde gebeurtenissen zullen verhinderen dat ten minste vier miljoen meisjes in ontwikkelingslanden hun opleiding afmaken. En dit aantal kan oplopen tot 12 miljoen in 2025.
We moeten de verbanden tussen deze kwesties gaan leggen. Door onderwijssteun op te nemen in hun bredere klimaatagendaʼs kunnen overheden de vicieuze cirkel van ontheemding, armoede en onveiligheid vervangen door een nieuwe, heilzame cyclus. Goed opgeleide meisjes zijn krachtige steunpilaren van verandering. Met het juiste onderwijs kunnen de gemarginaliseerde en kwetsbare jongeren van vandaag bouwen aan de sterkere en veerkrachtigere economieën en gemeenschappen van morgen.
HOLIDAY SALE: PS for less than $0.7 per week
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
De cijfers liegen er niet om. Uit recente onderzoeken blijkt dat een extra jaar basisonderwijs voor meisjes het inkomen per hoofd van de bevolking met 10 tot 20 procent kan doen stijgen. Omgekeerd wordt de prijs van het niet onderwijzen van meisjes in de middelbareschoolleeftijd geschat op 15 tot 30 biljoen dollar aan verloren gegane productiviteit. Deze gederfde winst kan een enorm verschil maken bij het aanpakken van de klimaatverandering en het opbouwen van sterkere samenlevingen.
Onderzoek toont ook aan dat onderwijs aan meisjes levens redt. Uit een studie uit 2013 waarin het verband tussen onderwijs voor meisjes en de vermindering van het risico op rampen werd geanalyseerd, bleek dat als 70 procent van de vrouwen in de leeftijdsgroep van 20 tot 39 jaar ten minste lager middelbaar onderwijs zou volgen, het aantal sterfgevallen als gevolg van rampen tegen 2050 met 60 procent zou kunnen worden verminderd.
Achter deze grimmige statistieken gaat een sprankje hoop schuil. Neem Afghanistan, waar een toename van droogtes, overstromingen en extreme weersomstandigheden gezinnen op de vlucht doet slaan en conflicten uitlokt. Hoewel de basisrechten van Afghaanse meisjes en vrouwen lange tijd systematisch zijn geschonden, geven vrouwen nu les in natuurwetenschappen en biologie, en zorgen ze ervoor dat de volgende generatie meisjes mondiger wordt. Op het platteland krijgen meisjes die geen onderwijs hebben genoten, toegang tot veilige leeromgevingen in communale onderwijscentra. En in het nationale onderwijsbeleid wordt een proactieve aanpak gehanteerd om meer meisjes naar school te krijgen.
In de Sahel, waar mensen steeds vaker vechten om schaarse hulpbronnen en vluchten voor recordtemperaturen en -droogtes, zijn kinderen degenen die het verst achterblijven. In landen als Tsjaad heeft de internationale gemeenschap echter de handen ineengeslagen om meerjarige onderwijsprogrammaʼs te steunen via wereldwijde fondsen zoals Education Cannot Wait, dat wordt beheerd door de VN. Dankzij deze collectieve investeringen verwerven meisjes nieuwe vaardigheden op het gebied van wetenschap, technologie, engineering en wiskunde, waardoor ze meer kansen krijgen om zich te ontplooien – en misschien krachtige pleitbezorgers worden voor duurzame ontwikkeling en klimaatbestendigheid.
In Mozambique worden kinderen vandaag geconfronteerd met de drievoudige dreiging van klimaatverandering, gewelddadige onveiligheid en COVID-19. Maar dankzij voortdurende steun hebben meisjes en jongens nu toegang tot onderwijsdiensten op afstand en leren ze via tv, radio en tablets. Deze kinderen zullen weten wat ze moeten doen als de volgende catastrofale cycloon toeslaat. Door onderwijs te volgen worden ze weerbaarder, bewuster en beter in staat om te handelen.
Om de toenemende risicoʼs voor kinderen in ontwikkelingslanden aan te pakken – vooral in crisissituaties – moeten we dringend holistische en collectieve actie ondernemen om onderwijs en klimaatverandering met elkaar te verbinden. Voor donoren, overheden en leiders uit de particuliere sector betekent dit dat onderwijs een plaats moet krijgen in de bijdragen aan het verdrag van Parijs, de COVID-19-responspakketten en de algemene strategieën voor een koolstofarme, klimaatbestendige ontwikkeling. En als we vooruit kijken naar de COP26 klimaatveranderingsconferentie in Glasgow in november en andere mondiale bijeenkomsten, moet de financiering van onderwijs – vooral onderwijs voor kwetsbare meisjes – bovenaan de internationale agenda worden gezet.
Hoop is niet genoeg. We moeten proactieve maatregelen nemen om het overleven van de mensheid op de langere termijn te verzekeren. De keuze is aan ons. Een investering in onderwijs voor meisjes is een investering in onze gedeelde menselijkheid, onze economie, en de toekomst van de planeet.
Vertaling: Menno Grootveld