mcarthur3_Michael Kappelerpicture alliance via Getty Images_SDGs Michael Kappeler/picture alliance via Getty Images

We moeten de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen nieuw leven inblazen

NEW YORK – Het is een waarheid als een koe in de zakenwereld dat visie zonder uitvoering een luchtkasteel is, en uitvoering zonder visie zinloos. Hetzelfde principe geldt voor mondiaal beleid: ambities zonder oplossingen zijn slechts hoop, terwijl oplossingen zonder ambitie tot stagnatie leiden.

De Sustainable Development Goals (Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen of SDG’s) voor 2030 zijn een goed voorbeeld. Deze zeventien doelstellingen en 169 onderliggende doelen werden in 2015 unaniem aangenomen door alle lidstaten van de Verenigde Naties. Ze vormen een ambitieuze agenda om wereldwijde uitdagingen zoals armoede, gezondheid, gendergelijkheid, arbeid, onderwijs en klimaatverandering aan te pakken.

Met nog zes jaar te gaan tot de deadline van 2030, is de wereld nog ver verwijderd van de meeste van deze doelstellingen. Ondanks aanzienlijke verbeteringen op sommige gebieden – zoals een miljoen meer kinderen die elk jaar hun vijfde verjaardag halen – is de vooruitgang op veel andere gebieden te traag.

Hoewel financieringstekorten vaak worden genoemd als een belangrijke factor, is het grootste obstakel voor het bereiken van de SDG’s het gebrek aan systematische benaderingen voor het creëren van schaalbare oplossingen. Langzame en gestage vooruitgang kan na verloop van tijd tot aanzienlijke vooruitgang leiden, maar als de vooruitgang te langzaam gaat, kunnen het gevoel van succes en de hoop voor de toekomst vervliegen.

Om systemische vooruitgang te boeken is durf nodig. In 2015 werden de SDG’s gelanceerd met een oproep tot transformatie. Maar roepen om transformatieve oplossingen is makkelijker dan het ontwikkelen ervan. Hoewel markten krachtige aanjagers van innovatie zijn, hebben we oplossingen nodig die bredere publieke belangen kunnen aanpakken. Vooruitgang vereist vaak nieuwe vormen van samenwerking tussen publieke, private, wetenschappelijke en maatschappelijke instellingen, of zelfs de oprichting van nieuwe. Maar veel organisaties hebben moeite om hun doelen bij te stellen of strategieën voor partnerschappen op te zetten. In zichzelf opgesloten professionele gemeenschappen zijn moeilijk te verenigen, waardoor gevestigde belangen en de krachten van inertie innovatie verdringen. Bijgevolg blijft partnerschap eerder een aspirationele waarde dan een op vaardigheden gebaseerde discipline en geven beleidsdebatten vaak voorrang aan ideologie boven praktische oplossingen.

Tegen deze achtergrond vereist het bereiken van de SDG’s tegen 2030 nieuwe benaderingen die gedurfd genoeg zijn om te inspireren, maar ook praktisch genoeg om uitvoerbaar te zijn – concepten die tot de verbeelding spreken en tegelijkertijd implementatiedebatten in de richting van tastbare resultaten sturen. Dit kan van alles betekenen, van een nieuw mondiaal fonds dat ervoor moet zorgen dat digitale geldtransfers de armste gemeenschappen ter wereld bereiken, tot een ‘interspecies money’-mechanisme dat gebruik maakt van kunstmatige intelligentie om dieren inspraak te geven over hoe digitale valuta kunnen worden besteed aan hun eigen bescherming. Het zou ook kunnen betekenen dat er een publiek gegevensinstrument wordt ontwikkeld om investeerders te helpen bij het identificeren en vermijden van bedrijven die gebruik maken van dwangarbeid.

BLACK FRIDAY SALE: Subscribe for as little as $34.99
BF2024-Onsite-1333x1000

BLACK FRIDAY SALE: Subscribe for as little as $34.99

Subscribe now to gain access to insights and analyses from the world’s leading thinkers – starting at just $34.99 for your first year.

Subscribe Now

Nieuwe technologieën, instellingen en benaderingen kunnen allemaal energie en expertise mobiliseren om gemeenschappelijke, meetbare doelen te bereiken. Cruciaal is dat de nieuwe benaderingen die we voor ogen hebben mensen overtuigen om huidige praktijken op te geven, en hun creativiteit en middelen te bundelen voor een groter doel.

Maar grote ideeën ontstaan zelden uit zichzelf. Onze respectieve professionele ervaringen en samenwerkingsinspanningen hebben ons geleerd dat innovatieve SDG-oplossingen moeten worden bevorderd, gecultiveerd en ondersteund. Als medevoorzitters van 17 Rooms, een samenwerkingsverband tussen de Brookings Institution en The Rockefeller Foundation, hebben we met tientallen groepen buitengewone professionals over de hele wereld samengewerkt aan initiatieven die verband houden met alle zeventien ontwikkelingsdoelstellingen. We hebben hen zien experimenteren met diverse benaderingen en hebben een paar lessen geleerd over hoe je positieve verandering kunt bevorderen.

In de eerste plaats zijn er nog steeds te weinig locaties voor sectoroverschrijdende samenwerking op het gebied van duurzame ontwikkeling. We zijn getroffen door het gevoel van onwennigheid dat leiders uit alle sectoren vaak uiten wanneer ze worden aangemoedigd om samen gedurfde acties op te zetten om zelfs individuele SDG-doelen te bereiken.

In de tweede plaats is het belangrijk hoe ideeën worden vormgegeven. Om platforms te creëren waar de beste ideeën naar voren kunnen komen, heeft de wereld instrumenten, processen en systemen nodig die uiteenlopende standpunten kunnen samenbrengen, en toch is het gebrek aan beschikbare instrumenten voor het ontwikkelen van multi-stakeholder oplossingen opzienbarend.

In de derde plaats moeten de ontwikkeling en toepassing van grote ideeën met elkaar verbonden worden. Maar al te vaak bedenken experts nieuwe oplossingen zonder de realiteit te begrijpen van degenen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering ervan. Omgekeerd gaan beleidsmakers vaak niet op zoek naar innovatieve ideeën en worden ze zelden ter verantwoording geroepen als ze dat niet doen.

Een vierde les betreft de noodzaak om in een vroeg stadium te bepalen wie zal betalen en hoe. Helaas werden de SDG’s gelanceerd zonder voldoende overeenstemming over de financiering, waardoor zelfs kleine geldbedragen moeilijk te verkrijgen zijn. Zonder adequate financiering zullen grote ideeën slechts ideeën blijven.

In de vijfde plaats is er geen substituut voor leiderschap. Instellingen en systemen zijn cruciaal voor grootschalige toepassing, maar de passie en toewijding van individuen die grote ideeën verdedigen zijn veel belangrijker dan een perfecte strategie of project. Omdat obstakels onvermijdelijk zijn in een tijdperk van technologische ontwrichting, moeten ondernemende beleidsmakers net zo wendbaar zijn als hun tegenhangers in de zakenwereld bij het navigeren door voortdurend veranderend terrein.

Sommigen zullen misschien beweren dat het huidige geopolitieke klimaat te problematisch is om grote ideeën na te streven of systematische benaderingen te ontwikkelen om de SDG’s te verwezenlijken. Wij zijn het daar niet mee eens. De huidige verhoogde spanningen onderstrepen juist de noodzaak om een betere weg voorwaarts uit te stippelen. Wanneer de wereld vast lijkt te zitten of uit koers lijkt te zijn, zullen beleidswijzigingen waarschijnlijk geen significante impact hebben. Nieuwe ideeën daarentegen kunnen een gevoel van kansen stimuleren en wanhoop bestrijden.

Tot slot zijn leiders uit de privésector en het maatschappelijk middenveld net zo belangrijk voor het genereren van grote ideeën als overheidsfunctionarissen. Grote ideeën kunnen op elk niveau verandering teweegbrengen, van lokale raden tot internationale fora. Maar voor het bereiken van de SDG’s zijn nieuwe platforms nodig die innovatie in verschillende sectoren kunnen bevorderen en relevante actoren in staat kunnen stellen om zelfstandig oplossingen aan te dragen.

Bij 17 Rooms hebben we geleerd van onze successen en gemiste kansen. Met nog zes jaar te gaan tot de deadline van 2030 om de SDG’s te bereiken, zijn we actief op zoek naar grote ideeën. We hopen dat anderen voor een soortgelijke aanpak zullen kiezen en ons allemaal zullen helpen platforms te bouwen om innovatieve oplossingen mogelijk te maken.

Dit commentaar is gebaseerd op inzichten uit het 17 Rooms Initiative, een initiatief van het Center for Sustainable Development van Brookings en The Rockefeller Foundation.

John W. McArthur is Senior Fellow en directeur van het Center for Sustainable Development aan de Brookings Institution. Zia Khan is Senior Vice President voor innovatie bij de Rockefeller Foundation.

https://prosyn.org/VYNGeQBnl