Het Chinees-Amerikaanse decennium

HONG KONG – De Californische top tussen de Amerikaanse president Barack Obama en de Chinese president Xi Jinping op 7 en 8 juni komt in een tijd van verhoogde spanning tussen de twee meest vooraanstaande machten in de wereld. Maar de kwesties waarin beide landen van mening verschillen – van computerspionage tot de Amerikaanse “draai naar Azië” – mogen niet alle aandacht voor zich opeisen. Als Obama en Xi moedig genoeg zijn om een begin te maken met het uitstippelen van een gezamenlijke koers voor het komende decennium, kunnen ze erachter komen dat ze veel gemeenschappelijks delen.

De komende tien jaar zullen worden gekarakteriseerd door grote structurele aanpassingen en veranderingen in individuele economieën, en door een enorme machtsverschuiving in de wereldeconomie als geheel. Veel zal afhangen van het beleid dat de twee grootste economieën, China en de Verenigde Staten, zullen volgen, en van hun samenwerking en leiderschap op het gebied van het scheppen van mondiale publieke goederen en het behoud van een stabiel en open economisch klimaat.

Samenwerking zal nodig zijn op vele gebieden. Eén daarvan is het beheer van de natuurlijke hulpbronnen en het milieu. De groei van China en de ontwikkelingslanden zal binnen tien tot vijftien jaar leiden tot een verdubbeling van de mondiale productie, en waarschijnlijk tot een verdrievoudiging in de vijftien jaar daarna. Het groeimodel waarop zowel de geavanceerde als de ontwikkelingslanden in het verleden hebben vertrouwd, zal niet langer werken als de schaalgrootte twee tot drie maal toeneemt. Het klimaat, het milieu, de voedsel-, water- en energievoorziening, en de leefbaarheid zullen de druk niet aankunnen.

Mondiale probleem zijn moeilijk op te lossen. Een productief startpunt zou Chinees-Amerikaanse samenwerking zijn op het gebied van de energiezuinigheid en – zekerheid, een groenere groei en klimaatverandering.

China’s Twaalfde Vijfjarenplan stelt zich op dit terrein ambitieuze doelen. In de Verenigde Staten is de vooruitgang ietwat meer gedecentraliseerd, hoewel er nieuwe nationale beleidsmaatregelen zijn genomen, waaronder het opleggen van Corporate Average Fuel Economy (CAFE) standards (zuinigheidsnormen) voor auto's. De Verenigde Staten staan ook op het punt energie-onafhankelijk te worden, dankzij de opkomst van schalie-olie en -gas, terwijl de verminderde afhankelijkheid van steenkool de CO2-emissies per hoofd van de bevolking terugdringt.

De onderlinge samenhang van de Chinese en de Amerikaanse economieën is aan snelle veranderingen onderhevig, maar er wordt qua belang niet minder groot op. In het verleden brachten de VS een grote open markt, directe buitenlandse investeringen en technologie in, terwijl China de goedkope arbeidsintensieve componenten leverde voor belangrijke aanbodketens in de mondiale industrie. Vandaag de dag biedt China een grote, snelgroeiende markt voor een steeds breder wordend scala aan goederen die het zich nog niet eerder kon veroorloven; daarnaast zal het land steeds meer nieuwe technologieën produceren zowel als consumeren. Als gevolg daarvan zal het banen met minder toegevoegde waarde in zijn exportsector verliezen, doordat de productie verhuist naar goedkopere ontwikkelingslanden.

Introductory Offer: Save 30% on PS Digital
PS_Digital_1333x1000_Intro-Offer1

Introductory Offer: Save 30% on PS Digital

Access every new PS commentary, our entire On Point suite of subscriber-exclusive content – including Longer Reads, Insider Interviews, Big Picture/Big Question, and Say More – and the full PS archive.

Subscribe Now

Afhankelijk van het beleid aan beide zijden, zou China ook een directe buitenlandse investeerder in de Amerikaanse economie kunnen worden, op een breed scala aan terreinen – waaronder dat van de infrastructuur. De Verenigde Staten zullen een grote open markt blijven, ook al zal de rol van China in het bedienen daarvan in opwaartse richting verschuiven. De VS zullen ook technologie en menselijk talent bieden, delen en opnemen, en een toppositie blijven innemen in het hoger onderwijs en het toegepaste onderzoek.

Uiteraard is er ook een gezond element van concurrentie. De scherpe verschillen qua relatief voordeel die twintig jaar geleden duidelijk waren, zijn aan het verdwijnen nu de kloof op het gebied van de inkomens, de kapitaaldiepte (inclusief menselijk kapitaal) en capaciteiten kleiner wordt. Er zullen Chinese multinationals met erkende merknamen komen, zoals dat in Japan en Korea ook is gebeurd. Zij zullen concurreren met multinationals uit een breed scala van landen, en de architecten worden van mondiale aanbodketens. Een eerlijke, op regels gebaseerde concurrentie in een snelgroeiende wereldeconomie is geenszins een 'nulsomspel'.

De contouren van de structurele veranderingen die nodig zijn om zich de komende tien jaar naar een gezonder, duurzamer groeipatroon te kunnen bewegen zijn betrekkelijk helder in China. De resterende vragen betreffen de tenuitvoerlegging van het beleid en de institutionele ontwikkeling – kwesties die zullen worden opgehelderd in de loop van 2013, als de nieuwe leiders van China hun hervormingsprioriteiten zullen formaliseren en communiceren.

De Amerikaanse economie behoudt intussen vele elementen van dynamiek en flexibiliteit. Maar hoewel de bbp-groei langzaam lijkt terug te keren naar het niveau van de potentiële groei, blijven het trage tempo van het herstel van de werkgelegenheid en de resterende verschuivingen in de inkomensdistributie redenen tot zorg. In het bijzonder leidt de inkomensverschuiving van degenen die minder sparen naar degenen die meer sparen tot onzekerheid over het herstel van de vraag.

De politieke polarisatie is een andere bron van onzekerheid. Veel centristen zijn het erover eens dat een optimaal begrotingsbeleid bestaat uit kortetermijnstimuli, een veeljarig plan voor het terugdringen van het begrotingstekort op de middellange termijn, en maatregelen om de langetermijnverplichtingen terug te dringen, vooral als dat zou betekenen dat groeibevorderende investeringen in de publieke sector worden beschermd. Maar dit is moeilijk te bereiken in een context van schuldsanering, waarbij alle aandacht naar de schulden uitgaat.

Als de huidige trends zich voortzetten, waarbij de Amerikaanse economie zich langzaam maar zeker herstelt, zal het patroon van convergentie met China aanhouden. Oost-Azië in zijn geheel zal de Verenigde Staten in termen van het bbp in 2015 voorbijstreven, waarbij China het hoogste aandeel van het totaal zal bijdragen. Het bbp van China zal dat van de Verenigde Staten en Europa in tien tot vijftien jaar inhalen, op welk moment (zo niet eerder) zowel het Chinese als het Amerikaanse reële bbp (in prijzen van 2012) de $25 bln zal overstijgen, ruim drie maal het huidige bbp van China. Elk van beide landen zal dan ongeveer 15% van de wereldproductie voor zijn rekening nemen.

En toch zal deze verschuiving gepaard gaan met zeer substantiële mondiale economische uitdagingen en onzekerheden, waardoor het belang van de Chinees-Amerikaanse samenwerking wordt onderstreept. Een constructieve, coöperatieve relatie kan een aanzienlijke bijdrage leveren aan de pogingen van beide landen om hun beleid en instellingen aan te passen, zodat ze duurzame, alomvattende groeipatronen kunnen verwezenlijken.

Afgezien van de bilaterale voordelen is ook de rest van de wereldeconomie afhankelijk van Chinees en Amerikaans leiderschap – zowel in termen van de groei als op het terrein van het mondiaal economisch bestuur en de onderlinge beleidscoördinatie. De wereld staat voor tal van uitdagingen op het gebied van de handel en de economische openheid, de financiële stabiliteit en het toezicht, de energiezekerheid en de klimaatverandering. Het is heel lastig je vooruitgang bij het bereiken van een nieuw mondiaal evenwicht voor te stellen als China en de VS geen leidende rol in dat proces vervullen.

Vertaling: Menno Grootveld

https://prosyn.org/yRKBRTCnl