zizek42_Andrej IsakovicGettyImages_serbia_student_protests Andrej Isakovic/Getty Images

Het nieuwe gezicht van het protest

LJUBLJANA – Er voltrekt zich iets belangrijks in China, en het zou de politieke leiders van het land zorgen moeten baren. Steeds meer jonge Chinezen tonen een houding van passieve berusting, samengevat in het nieuwe modewoord bai lan(‘laat het verrotten’). Deze trend is ontstaan uit economische desillusie en een wijdverspreide frustratie over verstikkende culturele normen. Bai lan verwerpt de ratrace en moedigt aan om op het werk alleen het absolute minimum te doen. Persoonlijk welzijn krijgt voorrang op carrière.

Dezelfde tendens wordt weerspiegeld in een ander recent modewoord: tang ping (‘platliggen’), een slangneologisme dat een gevoel van berusting uitdrukt tegenover de meedogenloze sociale en professionele concurrentie. Beide termen duiden op een afwijzing van de maatschappelijke druk om te veel te presteren en van sociale betrokkenheid als een zinloos spel met afnemende opbrengsten.

Afgelopen juli meldde CNN dat veel Chinese werknemers hun stressvolle kantoorbaan inruilden voor flexibeler werk. Een 27-jarige uit Wuhan legde uit: ‘Ik hou van opruimen. Naarmate de levensstandaard in het hele land stijgt, neemt ook de vraag naar huishoudelijke diensten toe… De verandering die dit met zich meebrengt, is dat mijn hoofd niet meer duizelig aanvoelt. Ik ervaar minder mentale druk en voel me elke dag energiek.’

Dergelijke houdingen worden vaak neergezet als apolitiek, omdat ze zowel gewelddadig verzet tegen de macht als enige vorm van dialoog met de machthebbers afwijzen. Maar zijn dit werkelijk de enige opties voor degenen die zich vervreemd voelen?

De massale protesten in Servië duiden op alternatieve mogelijkheden. De demonstranten erkennen niet alleen dat er fundamenteel iets mis is met de Servische staat, maar eisen ook dat er verandering komt.

De protesten begonnen afgelopen november in Novi Sad, nadat het dak van een recent gerenoveerd treinstation instortte, waarbij vijftien mensen om het leven kwamen en twee zwaargewonden vielen. Sindsdien hebben de demonstraties zich verspreid naar ruim tweehonderd Servische steden en dorpen, met deelname van honderdduizenden mensen. Dit maakt het de grootste door studenten geleide beweging in Europa sinds 1968.

Winter Sale: Save 40% on a new PS subscription
PS_Sales_Winter_1333x1000 AI

Winter Sale: Save 40% on a new PS subscription

At a time of escalating global turmoil, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided.

Subscribe to Digital or Digital Plus now to secure your discount.

Subscribe Now

Het is duidelijk dat de instorting van het dak slechts de vonk was die een lang sluimerende ontevredenheid deed ontbranden. De zorgen van de demonstranten zijn breed en raken aan uiteenlopende kwesties, zoals wijdverbreide corruptie, milieuvernietiging – waarbij de regering vol inzet op lithiumwinning – en de algemene minachting die de Servische president Aleksandar Vučić toont voor de bevolking. Wat de regering presenteert als een strategie om toegang te krijgen tot de wereldmarkten, zien jonge Serviërs als een list om corruptie te verdoezelen, nationale hulpbronnen onder schimmige voorwaarden aan buitenlandse investeerders te verkopen en de oppositiemedia geleidelijk het zwijgen op te leggen.

Maar wat maakt deze demonstraties uniek? Het refrein van de demonstranten luidt: ‘We hebben geen politieke eisen en houden afstand tot de oppositiepartijen. We vragen alleen dat de Servische instellingen in het belang van de burgers werken.’Om dat te bereiken, eisen ze in beperkte mate transparantie over de renovatie van het treinstation in Novi Sad, toegang tot alle documenten over het ongeluk, het laten vallen van de aanklachten tegen degenen die tijdens het eerste antiregeringsprotest in november zijn gearresteerd, en strafrechtelijke vervolging van degenen die studentendemonstranten in Belgrado hebben aangevallen.

De demonstranten willen dus een einde maken aan het proces waarbij de regeringspartij de staat heeft gegijzeld door alle instellingen te controleren. De regering van Vučić heeft hierop gewelddadig gereageerd, maar past ook een tactiek toe die in het boksen bekendstaat als ‘clinchen’: de strategie waarbij een vechter zijn armen om zijn tegenstander slaat om te voorkomen dat deze vrijuit kan slaan.

Hoe paniekeriger Vučić wordt, des te wanhopiger hij probeert een deal te sluiten met de demonstranten. Maar zij weigeren elke vorm van dialoog. Ze hebben hun eisen duidelijk geformuleerd en blijven daar onvoorwaardelijk op aandringen.

Van oudsher zijn massaprotesten minstens impliciet gebaseerd op de dreiging van geweld, gecombineerd met een bereidheid tot onderhandelen. In Servië zien we echter het tegenovergestelde: de demonstranten dreigen niet met geweld, maar weigeren tegelijkertijd elke vorm van dialoog. Deze vastberaden eenvoud zorgt voor verwarring, net als de ogenschijnlijke afwezigheid van duidelijke leiders. In die zin vertonen de protesten een zekere gelijkenis met bai lan.

Op een bepaald moment zal de georganiseerde politiek onvermijdelijk moeten aanhaken. Maar op dit moment creëert de ‘apolitieke’ houding van de demonstranten juist de voorwaarden voor een nieuwe politiek, in plaats van simpelweg een herhaling van het oude spel. Om echte rechtvaardigheid en orde te herstellen, moet eerst de tafel volledig worden schoongeveegd.

Dit alleen al is reden genoeg voor de rest van de wereld om de protesten onvoorwaardelijk te steunen. Ze laten zien dat een eenvoudige, ongecompliceerde roep om recht en orde subversiever kan zijn dan anarchistisch geweld. De Serviërs eisen een rechtsstaat, zonder de ongeschreven regels die corruptie en autoritarisme in de hand werken.

De demonstranten verschillen sterk van het oude anarchistische links dat de protesten van 1968 in Parijs en elders in het Westen domineerde. Nadat ze 24 uur lang een brug over de Donau in Novi Sad hadden geblokkeerd, besloten de jonge demonstranten hun actie met nog eens drie uur te verlengen – zodat ze het gebied konden opruimen. Kun je je voorstellen dat de stenengooiende Parijse studenten van 1968 iets soortgelijks zouden doen?

Hoewel sommigen het politiek gemotiveerde apolitisme van de Servische demonstranten misschien als hypocriet beschouwen, is het beter te begrijpen als een uiting van hun radicalisme. Ze weigeren deel te nemen aan de politiek volgens de bestaande (vaak ongeschreven) regels en streven in plaats daarvan naar diepgaande veranderingen in de werking van fundamentele instellingen.

De grootste hypocriet in dit verhaal is de Europese Unie, die geen druk uitoefent op Vučić, uit angst dat hij zich richting Rusland zal wenden. Terwijl de voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, openlijk haar steun heeft uitgesproken voor het Georgische volk dat ‘vecht voor democratie,’ blijft ze opvallend stil over de opstand in Servië – een land dat sinds 2012 officieel kandidaat is voor het EU-lidmaatschap. De EU laat Vučić begaan omdat hij stabiliteit en de export van lithium heeft beloofd, een cruciale grondstof voor elektrische auto’s.

Het uitblijven van kritiek van de EU, zelfs bij beschuldigingen van verkiezingsfraude, heeft het Servische maatschappelijk middenveld herhaaldelijk in de steek gelaten. Moeten we ons dan verbazen over het feit dat er zo weinig EU-vlaggen worden gezwaaid door de demonstranten? Het idee van een ‘kleurenrevolutie’ – zoals die twintig jaar geleden in Oekraïne werd ingezet om ‘aansluiting te vinden bij het democratische Westen’ – is niet langer houdbaar. De EU heeft opnieuw een politiek dieptepunt bereikt.

Vertaling: Menno Grootveld

https://prosyn.org/4zJ0TKhnl