john c bogle mark peterson/Corbis via Getty Images

Moraliteit en geldbeheer

NEW HAVEN – De dood op 16 januari van Jack Bogle, de oprichter van beleggingsfirma Vanguard Group, leidde tot een hoop vleiende necrologieën. Necrologieën zijn uiteraard vaker flatteus, maar die van Bogle leken nog lovender dan gebruikelijk. En ik denk dat daar een reden voor is: Bogle was een man met een ongewoon moreel kompas.

Natuurlijk kunnen we zijn succes niet louter beoordelen op grond van zijn persoonlijke rijkdom. Toen Bogle Vanguard in 1975 oprichtte, deed hij dat als een nonprofit-firma. Het bedrijf heeft geen externe aandeelhouders; alle winsten worden vertaald in lagere kosten, niet in dividenden.

Op grond van andere maatstaven dan de rijkdom van de oprichter, is de Vanguard Group een groot succes. Het bedrijf belegt voor twintig miljoen mensen in 170 landen. Het heeft $4,9 bln aan bezittingen onder beheer. Het zou wel eens de belangrijkste beleggingsfirma ter wereld kunnen zijn.

Maar dit betekent niet dat we met alles wat Bogle heeft gezegd akkoord moeten gaan, of kwaad moeten spreken over anderen die niet nonprofit zijn. Zíjn manier is niet de enige manier om moreel te zijn.

Bogle’s moraliteit was geworteld in zijn overtuiging dat het futiel is te proberen de markt te verslaan, wat werd weerspiegeld in zijn uit 2007 daterende boek The Little Book of Common Sense Investing: The Only Way to Guarantee Your Fair Share of Stock Market Returns. Zijn beleggingsstrategie is “de enige manier,” en de openingsalinea van de editie van de tiende verjaardag van het boek somt dit ook op:

“Succesvol beleggen heeft alles te maken met gezond verstand. Zoals Warren Buffett, het Orakel van Omaha, heeft gezegd: het is eenvoudig, maar niet makkelijk. Simpele rekenkunde duidt erop, en de geschiedenis bevestigt, dat de winnende strategie voor het beleggen in aandelen het in het bezit hebben van alle beursgenoteerde bedrijven van het land is, tegen zeer lage kosten.”

HOLIDAY SALE: PS for less than $0.7 per week
PS_Sales_Holiday2024_1333x1000

HOLIDAY SALE: PS for less than $0.7 per week

At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.

Subscribe Now

Dit betekent dat je eenvoudigweg zou moeten beleggen in een indexfonds dat de hele markt vertegenwoordigt, en daar genoegen mee zou moeten nemen. Maar het is een beetje vreemd om Buffett te citeren ter ondersteuning van zo'n strategie, gezien het feit dat het Orakel van Omaha zijn roem (en zijn bijnaam) geheel en al te danken heeft aan zijn vermogen om het beter te doen dan de markt.

Bogle’s uitspraak kan het best worden begrepen als iets wat van toepassing is op zijn publiek van individuele retail-beleggers. Omdat een marktportefeuille de gemiddelde belegging van alle beleggers weerspiegelt, kan de gemiddelde belegger het niet beter doen dan het marktgemiddelde. Maar de opwinding van de markt zorgt ervoor dat mensen het zicht hierop verliezen. Zoals Bogle het in zijn boek zegt: “De aandelenmarkt is een enorme afleiding van het echte werk van het beleggen.”

Hij heeft gelijk voor zover het de afleiding betreft. Mensen zijn op zoek naar opwinding, en de aandelenmarkt is een spel dat ze kunnen spelen. Mensen zullen sowieso gokken – als het niet op de beurs is, dan toch zeker in een casino. Aan de andere kant is het over het geheel genomen ongetwijfeld beter als mensen iets leren over het bedrijfsleven en reële economische activiteit, in plaats van over kaarttrucs. Sommigen kunnen flink onderuit gaan, maar de drukte van de aandelenmarkt duidt ook op een bruisende economie.

Het adviseren van mensen om de markt te volgen is tegen hen zeggen dat ze gratis mee moeten liften op de wijsheid van anderen die niet zo'n strategie volgen. Als iedereen Bogle’s advies ter harte zou nemen, zouden de beurskoersen niet langer de richting van de economische activiteit aangeven.

Ik herinner me nog precies wanneer ik me de complexiteit begon te realiseren van de morele problemen die samenhangen met het geldbeheer: op 8 oktober 2009. Ik kreeg een telefoontje van de eminente MIT-econoom Paul Samuelson, die mijn docent was geweest toen ik begin jaren zeventig een masterstudent was. Hij was destijds 94 jaar oud, en twee maanden later overleed hij. Ik was zo onder de indruk van het telefoontje dat ik er aantekeningen van maakte in mijn dagboek.

Samuelson reageerde op mijn publicaties, waarin ik aandrong op uitgebreide verzekerings-, futures- en optiemarkten om de financiële risico's te verzachten – bijvoorbeeld de risico's die samenhingen met huizenprijzen en salarissen – waar gewone mensen mee geconfronteerd worden. Hij zei dat deze markten, als ze aan een breder publiek zouden worden aangeboden, konden veranderen in “casinomarkten,” die mensen eerder zouden gaan gebruiken om te gokken dan om zichzelf te beschermen.

Vervolgens kwam hij met het voorbeeld van Bogle, die “een miljard dollar had opgegeven voor een concept,” aldus Samuelson. “Hij had dat bedrag makkelijk op zijn rekening kunnen bijschrijven,” maar heeft dat niet gedaan. “Het wonder dat Vanguard heette, kwam voort uit Bogle’s principes.”

Ik vond dat hij gelijk had. Op de langere termijn belonen markten principiële mensen. Maar er is nog steeds behoefte aan een uitgebreide reeks risicomarkten, omdat deze markten nuttige functies kunnen vervullen – en dat ook doen –, waaronder die van risicobeheer, het geven van prikkels en het richting geven aan bedrijven.

Het probleem is dat de aandacht voor deze markten intelligente en hardwerkende mensen vergt, die anderen helpen om te beleggen. Hun spel is geen nulsompel, want zij helpen middelen naar een beter gebruik te dirigeren. En die mensen moeten worden betaald. Zelfs Vanguard, dat nu een aantal verschillende indexfondsen kent, huurt beleggingsmanagers in en brengt een managementvergoeding in rekening, zij het een lage.

Niet ieder fonds heeft behoefte aan een lage vergoeding. We leven in een wereld waar constante en snelle veranderingen en innovaties meer aandacht vragen, en aandacht is kostbaar. Hoewel financiële managers bij tijd en wijle gewetenloos zijn, is een hogere managementvergoeding niet altijd een teken dat er iets mis is.

Maar Bogle is nog steeds mijn held, omdat hij een eerlijk product aanbood en omdat hij werd gedreven door een eerlijk verlangen om mensen te helpen. En hij zou voor iedereen een held moeten zijn, omdat hij liet zien dat markten integriteit uiteindelijk altijd herkennen.

Robert J. Shiller, winnaar van de Nobelprijs voor de Economie in 2013 en hoogleraar economie aan de Yale Universiteit, is samen met George Akerlof auteur van Phishing for Phools: The Economics of Manipulation and Deception.

https://prosyn.org/3fKUb3qnl