NEW YORK – Decennialang is ons voorgehouden dat staatsbedrijven schadelijk zijn voor de economie. Een kernpunt van de ‘Washington Consensus,’ die in de jaren tachtig ontstond, was de overtuiging dat ‘privébedrijven efficiënter worden geleid dan staatsbedrijven.’ De reden? De dreiging van een faillissement zou managers in de private sector dwingen scherp op de resultaten te blijven letten. Oorspronkelijk werd dit beleid ontwikkeld voor Latijns-Amerika en later toegepast tijdens de postcommunistische transitie in Centraal- en Oost-Europa. Sindsdien is de Washington Consensus uitgegroeid tot het dominante economische beleidsparadigma.
NEW YORK – Decennialang is ons voorgehouden dat staatsbedrijven schadelijk zijn voor de economie. Een kernpunt van de ‘Washington Consensus,’ die in de jaren tachtig ontstond, was de overtuiging dat ‘privébedrijven efficiënter worden geleid dan staatsbedrijven.’ De reden? De dreiging van een faillissement zou managers in de private sector dwingen scherp op de resultaten te blijven letten. Oorspronkelijk werd dit beleid ontwikkeld voor Latijns-Amerika en later toegepast tijdens de postcommunistische transitie in Centraal- en Oost-Europa. Sindsdien is de Washington Consensus uitgegroeid tot het dominante economische beleidsparadigma.