BERLIJN – Wist de Russische president Vladimir Poetin wat hij deed toen hij 24 februari vorig jaar een grootschalige invasie van Oekraïne beval? Dat besluit was een keerpunt voor Europa. Voor het eerst in acht decennia was er een grote landoorlog uitgebroken op het continent, die de gekoesterde illusies van de Europeanen over vrede verbrijzelde met eenzelfde kracht als die van de Russische bommen die sindsdien in Oekraïense steden en dorpen zijn ontploft.
Poetin kan zich Rusland blijkbaar niet anders voorstellen dan als een tot de tanden bewapende, gevreesde, autoritaire wereldmacht. Maar om die status te verwezenlijken is Russische hegemonie in Oost-Europa vereist – een wederopleving van de imperiale erfenis van het tsaristische Rusland en de Sovjet-Unie – waarvoor Poetin Oekraïne nodig had. Maar hij heeft de Oekraïense bereidheid om te vechten en te sterven voor vrijheid en onafhankelijkheid zwaar onderschat. Dit, samen met de steun van de NAVO en de Europese Unie, heeft hem belet zijn doel te bereiken.
Drie dagen na de invasie vatte de Duitse kanselier Olaf Scholz het moment goed samen in een toespraak voor het Duitse parlement. ‘We maken een keerpunt mee,’ verklaarde hij. ‘En dat betekent dat de wereld hierna niet meer dezelfde zal zijn als de wereld hiervoor.’ In feite gaat de oorlog in Oekraïne over veel meer dan de meeste mensen – inclusief Scholz – zich dertien maanden geleden realiseerden.
Uiteraard gaat de strijd in de eerste plaats over het overleven van het Oekraïense volk en de toekomst van hun vaderland. Maar hij gaat ook om de toekomst van de internationale orde. Zal het geweld zegevieren over het recht, of kunnen we terugkeren naar een duurzame vrede op basis van recht en verdragen? En wat zijn de bredere geopolitieke implicaties? De inval van Rusland betekende de eerste grote herziening van de wereldorde in de eenentwintigste eeuw, en nu zijn China en Rusland een dieper (zij het niet-geformaliseerd) bondgenootschap aangegaan om de Verenigde Staten en de dominantie van het Westen uit te dagen.
Deze strijd – een wederopleving van de machtspolitiek van de Koude Oorlog –
BERLIJN – Wist de Russische president Vladimir Poetin wat hij deed toen hij 24 februari vorig jaar een grootschalige invasie van Oekraïne beval? Dat besluit was een keerpunt voor Europa. Voor het eerst in acht decennia was er een grote landoorlog uitgebroken op het continent, die de gekoesterde illusies van de Europeanen over vrede verbrijzelde met eenzelfde kracht als die van de Russische bommen die sindsdien in Oekraïense steden en dorpen zijn ontploft.
Poetin kan zich Rusland blijkbaar niet anders voorstellen dan als een tot de tanden bewapende, gevreesde, autoritaire wereldmacht. Maar om die status te verwezenlijken is Russische hegemonie in Oost-Europa vereist – een wederopleving van de imperiale erfenis van het tsaristische Rusland en de Sovjet-Unie – waarvoor Poetin Oekraïne nodig had. Maar hij heeft de Oekraïense bereidheid om te vechten en te sterven voor vrijheid en onafhankelijkheid zwaar onderschat. Dit, samen met de steun van de NAVO en de Europese Unie, heeft hem belet zijn doel te bereiken.
Drie dagen na de invasie vatte de Duitse kanselier Olaf Scholz het moment goed samen in een toespraak voor het Duitse parlement. ‘We maken een keerpunt mee,’ verklaarde hij. ‘En dat betekent dat de wereld hierna niet meer dezelfde zal zijn als de wereld hiervoor.’ In feite gaat de oorlog in Oekraïne over veel meer dan de meeste mensen – inclusief Scholz – zich dertien maanden geleden realiseerden.
Uiteraard gaat de strijd in de eerste plaats over het overleven van het Oekraïense volk en de toekomst van hun vaderland. Maar hij gaat ook om de toekomst van de internationale orde. Zal het geweld zegevieren over het recht, of kunnen we terugkeren naar een duurzame vrede op basis van recht en verdragen? En wat zijn de bredere geopolitieke implicaties? De inval van Rusland betekende de eerste grote herziening van de wereldorde in de eenentwintigste eeuw, en nu zijn China en Rusland een dieper (zij het niet-geformaliseerd) bondgenootschap aangegaan om de Verenigde Staten en de dominantie van het Westen uit te dagen.
Deze strijd – een wederopleving van de machtspolitiek van de Koude Oorlog –