ATLANTA – Vorige week kondigde de Russische president Vladimir Poetin een ʻgedeeltelijke mobilisatieʼ van de Russische strijdkrachten aan – vermoedelijk een mobilisatie van driehonderdduizend reservisten, hoewel er berichten zijn dat het om 1,2 miljoen mensen zou kunnen gaan. Toen ik het nieuws hoorde, belde ik een vriendin in Sint-Petersburg, die me in tranen uitlegde dat haar dertigjarige zoon liever naar de gevangenis gaat dan te vechten in Oekraïne, het land waar zijn Joods-Oekraïense grootmoeder begraven ligt. Hij werkt nu op afstand, uit angst om op straat opgepakt te worden.
ATLANTA – Vorige week kondigde de Russische president Vladimir Poetin een ʻgedeeltelijke mobilisatieʼ van de Russische strijdkrachten aan – vermoedelijk een mobilisatie van driehonderdduizend reservisten, hoewel er berichten zijn dat het om 1,2 miljoen mensen zou kunnen gaan. Toen ik het nieuws hoorde, belde ik een vriendin in Sint-Petersburg, die me in tranen uitlegde dat haar dertigjarige zoon liever naar de gevangenis gaat dan te vechten in Oekraïne, het land waar zijn Joods-Oekraïense grootmoeder begraven ligt. Hij werkt nu op afstand, uit angst om op straat opgepakt te worden.