PARIJS – Binnen slechts een week hebben zowel de vertegenwoordigers van 's werelds grootste eenheidsmarkt als die van 's werelds op een na grootse economie tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties hun klimaatkaarten op tafel gelegd. Je hoeft geen analist nationale veiligheid te zijn om de resultaten te duiden: de Europese Unie en China hebben zich beide geëngageerd aan het bereiken van een netto-nuluitstoot van koolstof, waarmee de gemeenschappelijke basis is gelegd voor een veel intensievere samenwerking.
Zeker, deze toezeggingen zullen door concreet beleid gestut moeten worden. Maar zelfs woorden alleen hebben al macht. Noch de Chinese president Xi Jinping noch president van de Europese Commissie Ursula von der Leyen staat bekend om overdrijving of het doen van grote uitspraken zonder eerder overleg. Wanneer zij een concreet doel stellen betekent dit dat ze enig idee hebben hoe dit te bereiken.
Het zal overigens zeker niet makkelijk worden voor de 27 lidstaten van de EU om het eens te worden over een ambitieuzer doel voor 2030 dat in lijn ligt met haar engagement aan het bereiken van nuluitstoot in 2050. Europese leiders zijn zich terdege bewust van de vele gevestigde belangen die in de startblokken staan om dit nieuwe doel te opponeren. Ook is het voor het Chinese leiderschap niet makkelijk om aan te kondigen dat het land voor 2030 zijn piekuitstoot zal bereiken en in 2060 koolstofneutraliteit. Het heroriënteren van een economie zo groot als die van China is geen lichte opgave. Toch zien beide grootmachten in dat de realiteit van klimaatverandering een economische transitie onvermijdelijk maakt, en dat wie de eerste stap neemt de komende tentallen jaren een enorm concurrerend voordeel zal hebben.
Het omgooien van een economie op de snelheid benodigd om de nationale uitstoot te reduceren in lijn met het klimaatakkoord van Parijs uit 2015 is nog nooit eerder gedaan en vraagt om een sterk gedistribueerd leiderschap van een type dat nu al naar voren komt. Landen, regio's, steden, en grote zakelijke en financiële actoren zijn stuk voor stuk met hun eigen nuldoelstellingen gekomen. Vijf jaar nadat het verdrag van Parijs is ondertekend toont dit engagement aan dat we een kritieke massa bereiken. Chinese en Europese leiders zien in dat dit het moment is om door te pakken met concrete, gedetailleerde plannen van actie.
Er bestaat echter geen universeel plan van aanpak. Sommige plannen behelzen technologische veranderingen maar veel andere transities zullen burgereigendom vergen, een grotere nadruk op het herstellen van de natuur, of een meer systematische aanpak. We kunnen gaandeweg allemaal van elkaars ervaringen leren.
China zal om zijn deel te doen een langetermijnstrategie met specifieke ijkpunten onderweg naar het einddoel in 2060 moeten uittekenen. Het is noodzakelijk om zo een plan klaar te hebben liggen om te garanderen dat de besluitvorming op korte termijn – van het volgende vijfjarenplan tot zijn Nationally Determined Contribution onder het verdrag van Parijs – consistent is met de trajecten voor de Chinese langetermijnontwikkeling. Anders is het veel te makkelijk om dezelfde bal eindeloos door dezelfde steeg te blijven schieten.
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
Voor China omvatten cruciale ijkpunten het bereiken van de emissiepiek rond 2025, het instellen van meer ambitieuze doelen voor koolstofintensiteit (een reductie van 70-75%), doelstellingen voor niet-fossiele energie, en het stellen van doelen voor de reductie van het binnenlandse kolenverbruik. Of China de bouw en financiering van nieuwe kolenfabrieken – zowel in het binnenland als daarbuiten door middel van het Belt and Road Initiative – kan stoppen zal een cruciale test worden.
Gelukkig zijn kolen, afgezien van hun negatieve impact op het milieu, al niet eens meer economisch levensvatbaar. In 2019 alleen al daalde de opwekking van kolenstroom met 24% en in de EU en met 16% in de Verenigde Staten, een halvering in vergelijking tot 2007. In China zelf draait bijna 60% van de enorme kolencapaciteit van het land verlies, wat de regering alle reden geeft om zijn mondiale leiderschap op het gebied van zonne- en windenergie uit te breiden en om zijn internationale invloed te gebruiken om hernieuwbare energie ook buiten zijn grenzen te bevorderen.
Net als China zal ook de EU moeten bewijzen hoe deze aan haar langetermijndoelstellingen gaat voldoen. De Europese Commissie heeft vastgesteld dat er een uitstootreductie van – minstens – 55% in 2030 nodig is om haar doelstelling voor klimaatneutraliteit te halen. Ze moet nu de steun van alle 27 lidstaten zien te winnen. Het Europese Parlement heeft gevraagd om een doelstelling van 60%. Hoe sneller er overeenkomst bereikt wordt, hoe groter de kans van de EU om een reuzensprong te maken.
Met hetzelfde doel in het achterhoofd zullen China en de EU ruime mogelijkheden hebben om hun samenwerking te verdiepen. Beide hebben te maken met overeenkomstige uitdagingen wat betreft het herstel van de COVID-19-crisis, het vergroten van de rol van duurzame financiën, het beheren van schuldverlichting, en het garanderen van een billijke transitie voor werknemers in koolstof-intensieve en andere sectoren die spoedig getroffen zullen worden. Deze samenwerking moet niet beperkt worden tot op nationaal niveau; partnerschappen tussen steden, regio's, provincies, en industrieën hebben al grote belofte getoond.
Als China en de EU weten te voldoen aan hun volgende grote ijkpunt zullen de mondiale implicaties breed en diepgaand zijn. China, de 'fabriek van de wereld' was in 2018 de grootste exporteur en derde importeur van de wereld. Door schonere normen in te voeren en zich te concentreren op een maatschappijbrede inspanning om zijn netto-nuldoelstelling te halen kan het significante veranderingen in aanvoerlijnen die Brazilië, Australië en Indonesië omvatten bewerkstelligen zowel als in hele regio's van Afrika tot het Midden-Oosten. Simpel gezegd zullen regeringen over de hele wereld hun lange termijn economische planning door een groene bril moeten revalueren.
De Chinese bekendmaking in het kielzog van gesprekken met de EU herinnert ons ook aan de vitale rol die diplomatie te spelen heeft. Zelfs alhoewel de VS de afgelopen vier jaar besteed hebben aan het ondermijnen van multilaterale instituties is internationale samenwerking nog steeds mogelijk en blijft die diepgaande voordelen bieden aan zij die hierin participeren.
Geheel los van hoe snel de VS terug kan keren binnen de internationale gemeenschap is het mondiale traject helder. Netto-nuluitstoot is onze bestemming en iedere leider zou er goed aan doen een overeenkomstige koers te bepalen.
To have unlimited access to our content including in-depth commentaries, book reviews, exclusive interviews, PS OnPoint and PS The Big Picture, please subscribe
South Korea's latest political crisis is further evidence that the 1987 constitution has outlived its usefulness. To facilitate better governance and bolster policy stability, the country must establish a new political framework that includes stronger checks on the president and fosters genuine power-sharing.
argues that breaking the cycle of political crises will require some fundamental reforms.
Among the major issues that will dominate attention in the next 12 months are the future of multilateralism, the ongoing wars in Ukraine and the Middle East, and the threats to global stability posed by geopolitical rivalries and Donald Trump’s second presidency. Advances in artificial intelligence, if regulated effectively, offer a glimmer of hope.
asked PS contributors to identify the national and global trends to look out for in the coming year.
PARIJS – Binnen slechts een week hebben zowel de vertegenwoordigers van 's werelds grootste eenheidsmarkt als die van 's werelds op een na grootse economie tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties hun klimaatkaarten op tafel gelegd. Je hoeft geen analist nationale veiligheid te zijn om de resultaten te duiden: de Europese Unie en China hebben zich beide geëngageerd aan het bereiken van een netto-nuluitstoot van koolstof, waarmee de gemeenschappelijke basis is gelegd voor een veel intensievere samenwerking.
Zeker, deze toezeggingen zullen door concreet beleid gestut moeten worden. Maar zelfs woorden alleen hebben al macht. Noch de Chinese president Xi Jinping noch president van de Europese Commissie Ursula von der Leyen staat bekend om overdrijving of het doen van grote uitspraken zonder eerder overleg. Wanneer zij een concreet doel stellen betekent dit dat ze enig idee hebben hoe dit te bereiken.
Het zal overigens zeker niet makkelijk worden voor de 27 lidstaten van de EU om het eens te worden over een ambitieuzer doel voor 2030 dat in lijn ligt met haar engagement aan het bereiken van nuluitstoot in 2050. Europese leiders zijn zich terdege bewust van de vele gevestigde belangen die in de startblokken staan om dit nieuwe doel te opponeren. Ook is het voor het Chinese leiderschap niet makkelijk om aan te kondigen dat het land voor 2030 zijn piekuitstoot zal bereiken en in 2060 koolstofneutraliteit. Het heroriënteren van een economie zo groot als die van China is geen lichte opgave. Toch zien beide grootmachten in dat de realiteit van klimaatverandering een economische transitie onvermijdelijk maakt, en dat wie de eerste stap neemt de komende tentallen jaren een enorm concurrerend voordeel zal hebben.
Het omgooien van een economie op de snelheid benodigd om de nationale uitstoot te reduceren in lijn met het klimaatakkoord van Parijs uit 2015 is nog nooit eerder gedaan en vraagt om een sterk gedistribueerd leiderschap van een type dat nu al naar voren komt. Landen, regio's, steden, en grote zakelijke en financiële actoren zijn stuk voor stuk met hun eigen nuldoelstellingen gekomen. Vijf jaar nadat het verdrag van Parijs is ondertekend toont dit engagement aan dat we een kritieke massa bereiken. Chinese en Europese leiders zien in dat dit het moment is om door te pakken met concrete, gedetailleerde plannen van actie.
Er bestaat echter geen universeel plan van aanpak. Sommige plannen behelzen technologische veranderingen maar veel andere transities zullen burgereigendom vergen, een grotere nadruk op het herstellen van de natuur, of een meer systematische aanpak. We kunnen gaandeweg allemaal van elkaars ervaringen leren.
China zal om zijn deel te doen een langetermijnstrategie met specifieke ijkpunten onderweg naar het einddoel in 2060 moeten uittekenen. Het is noodzakelijk om zo een plan klaar te hebben liggen om te garanderen dat de besluitvorming op korte termijn – van het volgende vijfjarenplan tot zijn Nationally Determined Contribution onder het verdrag van Parijs – consistent is met de trajecten voor de Chinese langetermijnontwikkeling. Anders is het veel te makkelijk om dezelfde bal eindeloos door dezelfde steeg te blijven schieten.
HOLIDAY SALE: PS for less than $0.7 per week
At a time when democracy is under threat, there is an urgent need for incisive, informed analysis of the issues and questions driving the news – just what PS has always provided. Subscribe now and save $50 on a new subscription.
Subscribe Now
Voor China omvatten cruciale ijkpunten het bereiken van de emissiepiek rond 2025, het instellen van meer ambitieuze doelen voor koolstofintensiteit (een reductie van 70-75%), doelstellingen voor niet-fossiele energie, en het stellen van doelen voor de reductie van het binnenlandse kolenverbruik. Of China de bouw en financiering van nieuwe kolenfabrieken – zowel in het binnenland als daarbuiten door middel van het Belt and Road Initiative – kan stoppen zal een cruciale test worden.
Gelukkig zijn kolen, afgezien van hun negatieve impact op het milieu, al niet eens meer economisch levensvatbaar. In 2019 alleen al daalde de opwekking van kolenstroom met 24% en in de EU en met 16% in de Verenigde Staten, een halvering in vergelijking tot 2007. In China zelf draait bijna 60% van de enorme kolencapaciteit van het land verlies, wat de regering alle reden geeft om zijn mondiale leiderschap op het gebied van zonne- en windenergie uit te breiden en om zijn internationale invloed te gebruiken om hernieuwbare energie ook buiten zijn grenzen te bevorderen.
Net als China zal ook de EU moeten bewijzen hoe deze aan haar langetermijndoelstellingen gaat voldoen. De Europese Commissie heeft vastgesteld dat er een uitstootreductie van – minstens – 55% in 2030 nodig is om haar doelstelling voor klimaatneutraliteit te halen. Ze moet nu de steun van alle 27 lidstaten zien te winnen. Het Europese Parlement heeft gevraagd om een doelstelling van 60%. Hoe sneller er overeenkomst bereikt wordt, hoe groter de kans van de EU om een reuzensprong te maken.
Met hetzelfde doel in het achterhoofd zullen China en de EU ruime mogelijkheden hebben om hun samenwerking te verdiepen. Beide hebben te maken met overeenkomstige uitdagingen wat betreft het herstel van de COVID-19-crisis, het vergroten van de rol van duurzame financiën, het beheren van schuldverlichting, en het garanderen van een billijke transitie voor werknemers in koolstof-intensieve en andere sectoren die spoedig getroffen zullen worden. Deze samenwerking moet niet beperkt worden tot op nationaal niveau; partnerschappen tussen steden, regio's, provincies, en industrieën hebben al grote belofte getoond.
Als China en de EU weten te voldoen aan hun volgende grote ijkpunt zullen de mondiale implicaties breed en diepgaand zijn. China, de 'fabriek van de wereld' was in 2018 de grootste exporteur en derde importeur van de wereld. Door schonere normen in te voeren en zich te concentreren op een maatschappijbrede inspanning om zijn netto-nuldoelstelling te halen kan het significante veranderingen in aanvoerlijnen die Brazilië, Australië en Indonesië omvatten bewerkstelligen zowel als in hele regio's van Afrika tot het Midden-Oosten. Simpel gezegd zullen regeringen over de hele wereld hun lange termijn economische planning door een groene bril moeten revalueren.
De Chinese bekendmaking in het kielzog van gesprekken met de EU herinnert ons ook aan de vitale rol die diplomatie te spelen heeft. Zelfs alhoewel de VS de afgelopen vier jaar besteed hebben aan het ondermijnen van multilaterale instituties is internationale samenwerking nog steeds mogelijk en blijft die diepgaande voordelen bieden aan zij die hierin participeren.
Geheel los van hoe snel de VS terug kan keren binnen de internationale gemeenschap is het mondiale traject helder. Netto-nuluitstoot is onze bestemming en iedere leider zou er goed aan doen een overeenkomstige koers te bepalen.
Vertaling: Melle Trap